Het Romeinse rijk bereikte onder keizer Trajanus (98-117) zijn grootste omvang. De "Limes"(=grens) reikte toen van Brittania( Engeland) in het noorden tot Mauretania in het zuiden, vandaar oostwaarts via de Soedan tot aan de Iraanse hooglanden in het oosten, plus Georgië, de Krim, langs de Donau en de Rijn tot aan de Noordzeekust. Het omvatte dus het gehele Middellandse Zeegebied en een groot deel van het Midden-Oosten, de Balkan en West-Europa.