WS 1.3 Figuurlijk taalgebruik

Nederlands


Woordenschat 1.3 figuurlijk taalgebruik

Esther Kamphuis
Schooljaar 2020-2021
0PK4 / 0PW3
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands


Woordenschat 1.3 figuurlijk taalgebruik

Esther Kamphuis
Schooljaar 2020-2021
0PK4 / 0PW3

Slide 1 - Tekstslide

Hoe is het met je?

Slide 2 - Tekstslide

Figuurlijk taalgebruik
Woorden kunnen letterlijk en figuurlijk bedoeld zijn. Iemand gebruikt figuurlijk taalgebruik als hij wil overdrijven of als hij iets mooier wil maken.




Bart en Maya zetten de bloemetjes buiten

 Bart en Maya vieren uitbundig feest.

Slide 3 - Tekstslide

Letterlijk taalgebruik
Woorden kunnen letterlijk en figuurlijk bedoeld zijn.
Bij letterlijk taalgebruik bedoel je precies wat er staat.

Bart en Maya zetten de bloemetjes buiten

 De bloemen die Bart en Maya in het tuincentrum hebben gekocht, krijgen een plekje in de tuin.

Slide 4 - Tekstslide

Is dit letterlijk of figuurlijk taalgebruik?
A
Letterlijk
B
Figuurlijk

Slide 5 - Quizvraag

Zij kookt van woede.
A
Figuurlijk
B
Letterlijk

Slide 6 - Quizvraag

Uitdrukkingen zijn altijd?
timer
0:10
A
figuurlijk
B
letterlijk

Slide 7 - Quizvraag

Wat is beeldspraak?
A
Letterlijk woordgebruik
B
Figuurlijk woordgebruik

Slide 8 - Quizvraag

Een uitdrukking is altijd figuurlijk bedoeld. Voorbeelden zijn:

iets van de daken schreeuwen
 iets aan iedereen vertellen
uit de verf komen
 goed bij anderen overkomen
de draad kwijt zijn
 niet meer weten hoe het verder moet

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de betekenis van onderstreepte zin?
Niets is zo fijn als luisteren naar of uit je dak gaan op je favoriete muziek. Maar de muziek staat vaak harder dan je oren aankunnen of de kwaliteit van de boxen is beneden de maat. De cijfers liegen er niet om: in Nederland lopen jaarlijks ruim 21.500 jongeren een blijvende gehoorbeschadiging op als gevolg van te harde muziek. Tijd om je oren te beschermen! Er zijn steeds meer oordoppen op de markt gekomen die speciaal ontworpen zijn voor uitgaan. En gelukkig wordt het steeds normaler om ze te dragen!

- moet je niet onderschatten
-
niet eerlijk zijn

Slide 10 - Tekstslide

Oefenen met letterlijk en figuurlijk
https://leestrainer.nl/Begrijpend%20lezen/groep%207%20en/Woordenschat/letterlijk.htm 

Slide 11 - Tekstslide

Aan de slag:
woordenschat 1.3 figuurlijk taalgebruik
Klaar?
Extra opdracht 1 en 2
Week 6 15/3 – 19/3 

Toets woordenschat hoofdstuk 1

Slide 12 - Tekstslide