V3 ch2 répéter PW-stof

V3A - le premier février
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

V3A - le premier février

Slide 1 - Tekstslide

Qu'est-ce qu'on va faire?
répéter:
- vocabulaire
- grammaire 
- Phrases clés
- Francofolies

Attention: Sommige vragen gaan via LessonUp, andere op papier. Dus houd pen en papier bij de hand!

Slide 2 - Tekstslide

La machine à laver
En verre
le tissu
La carte bleue
le bracelet
le survêtement
la chemise
la robe

Slide 3 - Sleepvraag

la cravate
jaune clair
envoyer
les gants

le collier
lourd

jaune foncé
les gants

Slide 4 - Sleepvraag

Voorbeeldvragen
Traduis la phrase en Néerlandais.
1. Dans la vitrine, il y a une montre qui est disponible en plusieurs couleurs: jaune foncé et vert éclair.

Traduis la phrase en Français.
2. Ik spaar voor een armband van hout en perfecte handschoenen.

Slide 5 - Tekstslide

les réponses
1. In de etalage is/ligt een horloge dat in meerdere kleuren beschikbaar is: donkergeel en lichtgroen.

2. Je fais des économies pour un bracelet en bois et des gants impeccables. 

Slide 6 - Tekstslide

Remplis:
Elle ____ infirmière à l'âge de dix ans. (worden, imparfait).

Slide 7 - Open vraag

Remplis:
Marc et Silas _____ de la discothèque très tard. (terugkomen, présent)

Slide 8 - Open vraag

Remplis:
Nous _______ (komen, imparfait) à Paris en 2019.

Slide 9 - Open vraag

Voorbeeldvragen
Vervang het meew vw:
1. Vous avez parlé aux parents de Sophie?

Vervang het lijdend vw:
2. Nous allons donner un nouveau t-shirt à Paul.

Slide 10 - Tekstslide

Les réponses.
1. Vous leur avez parlé?
2. Nous allons le donner à Paul..

Slide 11 - Tekstslide

Noem ten minste 7 werkwoorden die met être worden vervoegd in de passé composé (in het Frans)

Slide 12 - Open vraag

Vul de PC in:
Nous _____ aux parents (parler)

Slide 13 - Open vraag

Vul de PC in:
Mes parents _____ les tickets. (payer)

Slide 14 - Open vraag

Vul de PC in
Elles ______ en France (aller)

Slide 15 - Open vraag

Vul de PC in:
Tu ______ à acheter un cadeau? (réussir)

Slide 16 - Open vraag

Vul de PC in:
Vous _______ le bus. (attendre)

Slide 17 - Open vraag

Geef een beschrijving van dit voorwerp. (wat is het?, kleur, vorm, materiaal....)

Slide 18 - Open vraag