Opdracht: Beantwoorden van tien stellingen met juist of onjuist.
Daarna in discussie met je buurman of buurvrouw.
Hoe: Schrijf ze op in je schrift, in stilte.
Hulp: Zelfstandig maken.
Tijd: Voor elke vraag 15 seconden. Na afloop 4 minuten bespreektijd.
Uitkomst: Ieder antwoord moet je kunnen onderbouwen, zelfs als het achteraf misschien niet de juiste is.
Klaar: Na afloop bespreken we dit klassikaal.