In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
K4 Celbouw
Slide 1 - Tekstslide
Indelen in 4 rijken
Organismen worden verdeeld in 4 rijken. Je ziet het verschil door te kijken naar de bouw van de cel!
Ieder organisme heeft:
cytoplasma
celmembraan
Slide 2 - Tekstslide
Bacterie
Meest opvallend:
Geen celkern!
Wel celwand
Geen vacuole
Geen bladgroenkorrel
Altijd eencellig
geen celkern, maar losse chromosomen
celwand
cytoplasma
sommige bacteriën hebben een zweepstaart
Slide 3 - Tekstslide
Schimmel
Meest opvallend:
Lijkt op een plantencel, maar heeft geen bladgroenkorrel!
Wel
Celwand
Vacuole
Celkern
Let op: kan eencellig (gist) of meercellig zijn (paddenstoel)
Slide 4 - Tekstslide
Dierlijke cel
een dierlijke cel heeft:
wel celmembraan
wel celkern
wel cytoplasma
geen celwand
geen vacuole
geen bladgroenkorrels
Slide 5 - Tekstslide
Plantaardige cel
Een plantaardige cel heeft:
wel celmembraan
wel celkern
wel cytoplasma
wel celwand
wel vacuole
wel bladgroenkorrels (fotosynthese)
Zetmeelkorrels/kleurstofkorrels
Slide 6 - Tekstslide
- Kleurstofkorrels
- Bladgroenkorrels
- Zetmeelkorrels
Slide 7 - Tekstslide
Kleurstof- en zetmeelkorrels
Kleurstofkorrels:
Bladgroenkorrels die van kleur kunnen veranderen (bij fruit/groente)
Zetmeelkorrels:
Kleurloos
Opslag van zetmeel (reservestof)
Bladgroenkorrels Kleurstofkorrels Zetmeelkorrels
Slide 8 - Tekstslide
Bladgroenkorrels
Kleurstofkorrels
Zetmeelkorrels
Slide 9 - Tekstslide
Plastiden
Bladgroenkorrels (fotosynthese)
Kleurstofkorrels (aantrekkelijk/rijp)
Zetmeelkorrels (opslag)
Slide 10 - Tekstslide
Verschil plantencel / dierlijke cel
Zie jij de verschillen tussen de dierlijke cel en de plantaardige cel?
Controleer bij de vraagtekens!
Dit is een dierlijke cel.
Dit zie je omdat deze geen bladgroenkorrels, celwand en vacuole heeft
Dit is een plantaardige cel.
Dit zie je omdat je wel een celwand, vacuole en bladgroenkorrel kunt zien
Slide 11 - Tekstslide
Verschil plantencel / dierlijke cel
Kan je ook alle onderdelen benoemen?
Dit is echt noodzakelijk!
Dus lukt het nog niet helemaal, oefen het dan extra!
Dit is een dierlijke cel.
Dit zie je omdat deze geen bladgroenkorrels, celwand en vacuole heeft
Dit is een plantaardige cel.
Dit zie je omdat je wel een celwand, vacuole en bladgroenkorrel kunt ien
celkern
cytoplasma
celmembraan
celwand
vacuole
bladgroenkorrel
celkern
celmembraan
cytoplasma
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Oefenen
Als je wilt oefenen met de bouw van de cel: klik HIER
Als je nog een keer uitleg wilt over de verschillen tussen cellen: klik HIER
Als je wilt oefenen met de verschillen tussen de cellen in de rijken, Klik HIER of HIER
Slide 15 - Tekstslide
Welke 3 kenmerken gebruiken we om de 4 rijken te vinden?
A
Celplasma, celkern, bladgroenkorrels
B
Celwand, celkern, bladgroenkorrels
C
Celplasma, celwand, bladgroenkorrels
D
Celwand, bladgroenkorrels, vacuole
Slide 16 - Quizvraag
Welk onderdeel heeft een plantaardige cel dat een dierlijke cel niet heeft?
A
Celwand
B
Bladgroenkorrels
C
Vacuole
D
Cytoplasma
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het voornaamste verschil tussen plantaardige en dierlijke cellen?
A
Plantaardige cellen hebben wel een celwand en dierlijke cellen niet
B
Dierlijke cellen hebben wel vacuoles en plantaardige cellen niet
C
Dierlijke cellen hebben wel bladgroenkorrels en plantaardige cellen niet
D
Plantaardige cellen hebben geen celkern en dierlijke cellen wel
Slide 18 - Quizvraag
Welke van de volgende kenmerken heeft een dierlijke cel niet?
A
Cytoplasma
B
Celwand
C
Celkern
Slide 19 - Quizvraag
Wat is het voornaamste verschil tussen schimmels en bacteriën?
A
Schimmels zijn altijd eencellig
B
Schimmels hebben geen celwand
C
Schimmels hebben een celkern
D
Schimmels hebben geen vacuole
Slide 20 - Quizvraag
Wat is het meest opvallende kenmerk van bacteriën?
A
Geen bladgroenkorrel
B
Geen celkern
C
Geen celwand
D
Geen vacuole
Slide 21 - Quizvraag
Welke plastiden zijn kleurloos?
A
Kleurstofkorrels
B
Zetmeelkorrels
C
Geen van beide
D
Bladgroenkorrels
Slide 22 - Quizvraag
Welke plastiden slaan zetmeel op als reservestof?
A
Bladgroenkorrels
B
Geen van beide
C
Kleurstofkorrels
D
Zetmeelkorrels
Slide 23 - Quizvraag
Welke plastiden zijn verantwoordelijk voor fotosynthese?
A
Zetmeelkorrels
B
Geen van beide
C
Bladgroenkorrels
D
Kleurstofkorrels
Slide 24 - Quizvraag
Deze afbeelding is een foto van coccen. Coccen zijn eencellige organismen zonder kern. Tot welke van de vier rijken behoren coccen?
A
Bacterien
B
Schimmels
C
Planten
D
Dieren
Slide 25 - Quizvraag
Schimmel
Bacterie
Plantaardige cel
Dierlijke cel
Slide 26 - Sleepvraag
Plantencel
Dierlijke cel
schimmel
Bacterie
celwand
celkern
(bladgroen) korrel
celmembraan
vacuole
Slide 27 - Sleepvraag
Zijn dit cellen van een plant, dier, schimmel of bacterie
Slide 28 - Open vraag
Celkern
Vacuole
Bladgroenkorrel
Cytoplasma
Celmembraan
Celwand
Slide 29 - Sleepvraag
Fusariumschimmels kunnen bij planten ziekten veroorzaken. Ze dringen via jonge wortels de plant binnen en groeien verder in de houtvaten. Tanja bekijkt door een microscoop een stukje wortel van een plant die ziek is door zo’n schimmel. Ze ziet wortelcellen en schimmelcellen.,Heeft een wortelcel een celwand? En heeft een schimmelcel een celwand?
A
Geen van beide cellen heeft een celwand.
B
Alleen een wortelcel heeft een celwand.
C
Alleen een schimmelcel heeft een celwand.
D
Zowel een wortelcel als een schimmelcel heeft een celwand.
Slide 30 - Quizvraag
Waterpest is net als veel andere planten opgebouwd uit cellen, organen en weefsels. Deze delen verschillen in grootte en bouw. Wat is de juiste volgorde als je deze delen van een plant rangschikt van klein naar groot?