BS 4: De Hersenen MAX

Oefenvragen Thema Regeling
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefenvragen Thema Regeling

Slide 1 - Tekstslide

Schakelcellen liggen in het centrale zenuwstelsel
A
Ja
B
Nee

Slide 2 - Quizvraag

Hoe heet nummer 2 ?

Slide 3 - Open vraag

De hersenen bestaan uit...
A
Grote hersenen, kleine hersenen en ruggenmerg
B
Grote hersenen, hersenstam en ruggenmerg
C
Kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg
D
Groter hersenen, kleine hersenen en hersenstam

Slide 4 - Quizvraag

De hersenen horen bij....
A
Centrale zenuwstelsel
B
Zenuwen
C
De zintuigen

Slide 5 - Quizvraag

In de grote hersenen
A
Worden prikkels vanaf je zintuigen verwerkt
B
Worden impulsen vanaf je zintuigen verwerkt
C
Worden bewegingen op elkaar afgestemd
D
Zetten prikkels om in impulsen

Slide 6 - Quizvraag

De kleine hersenen
A
verwerken alle inkomende impulsen.
B
geleiden impulsen van het ruggenmerg naar de grote hersenen.
C
zorgen voor coördinatie van alle bewegingen.
D
doen hetzelfde als de grote hersenen, maar dan sneller.

Slide 7 - Quizvraag

In de hersenschors van de grote en kleine hersenen ligt
A
witte stof
B
grijze stof
C
hersenschors

Slide 8 - Quizvraag

Wat beïnvloedt de hersenen?
A
Alcohol
B
Drugs
C
Medicijnen
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 9 - Quizvraag

Welk vermogen neemt af als je bijvoorbeeld zware medicijnen neemt?

Slide 10 - Open vraag

Waar komen in het ruggenmerg de impulsen aan die afkomstig zijn van zintuigen?
A
Buikzijde
B
Rugzijde

Slide 11 - Quizvraag

Verbind het juiste plaatje met het juiste onderdeel
Grote hersenen
Kleine hersenen
Hersenstam
Centrale zenuwstelsel

Slide 12 - Sleepvraag

De impulsen vanuit de smaakzintuigcellen worden naar een deel van het centrale zenuwstelsel geleid en daar verwerkt.

Zijn daarbij gevoelszenuwcellen betrokken? En zijn daarbij schakelcellen betrokken?
A
Gevoelszenuwcellen
B
Bewegingszenuwcellen
C
Schakelcellen
D
Zowel gevoelszenuwcellen als schakelcellen

Slide 13 - Quizvraag

Waar verlaten impulsen het ruggenmerg?
A
Buikzijde
B
Rugzijde

Slide 14 - Quizvraag

Het knipperen met de ogen wordt de ooglidreflex genoemd. Bij het optreden van deze reflex spelen zenuwuiteinden in de buitenste laag van het oog een rol. De zenuwuiteinden worden onder andere geprikkeld als deze laag te droog wordt.

Van welk type zenuwcellen maken deze zenuwuiteinden deel uit?
A
Gevoelszenuwcellen
B
Bewegingszenuwcellen
C
schakelcellen

Slide 15 - Quizvraag

Als de smaakzintuigen in de tong worden geprikkeld, worden er impulsen geleid naar het centrale zenuwstelsel. In een bepaald deel van het centrale zenuwstelsel worden deze impulsen verwerkt, zodat de gewaarwording 'zoet' optreedt.

In welk deel van het centrale zenuwstelsel gebeurt dit?
A
Kleine hersenen
B
Grote hersenen
C
Hersenstam
D
In het ruggenmerg

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Video

Wat kun je nu doen?
- Lezen BS 5 als voorbereiding voor morgen
- Nakijken BS 1 tot en met 4 
- Samenvatting maken BS 1 tot en met 4
- Foute vragen eens opzoeken in je boek, wat is dan wel het juiste antwoord?

Slide 18 - Tekstslide