In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
De Hanze
Wat is de Hanze?
Welke steden doen mee?
Wat is belangrijk voor de handel?
Welke ambachten zijn er?
Wat is een gilde?
Steden en Staten les 2
Slide 1 - Tekstslide
Herhalen
De Middeleeuwse stad had:
kerk
markt
stadsmuur
stadpoort
koopmanshuis
Slide 2 - Tekstslide
Wat ga je leren?
Wat is de Hanze?
Welke stedendoen mee?
Wat isbelangrijkvoor de handel?
Welkeambachtenzijn er?
Wat is een gilde?
Slide 3 - Tekstslide
De Hanze
De Hanze is een samenwerking van handelaren en steden.
Kooplui hadden veel handel. Maar rondtrekken van stad naar stad was gevaarlijk over de weg. Overal waren rovers die je konden overvallen. Handel en kooplui vervoeren via het water was veiliger.
Slide 4 - Tekstslide
Steden aan het water zijn veiliger
Koopmannen willen niet overvallen worden, dus gaan ze per schip. Steden die aan de kust/rivier liggen ontwikkelen zich tot grote handelssteden.
Pakhuizen
Deze ommuurde steden hebben goede havens en pakhuizen.
In een pakhuis bewaar je spullen die je wilt verkopen.
De steden aan het water gingen samenwerken.
Slide 5 - Tekstslide
Wat is de Hanze?
Slide 6 - Open vraag
Wie dit leest...
Maak een screenshot, handig voor de vraag die je krijgt.
Slide 7 - Tekstslide
Noem drie hanzesteden in Nederland
Slide 8 - Open vraag
Wat ga je leren?
Wat is de Hanze? ✔
Welke stedendoen mee? ✔
Wat isbelangrijkvoor de handel?
Welkeambachtenzijn er?
Wat is een gilde?
Slide 9 - Tekstslide
Wat is belangrijk voor de handel?
Goede plek (waar water en een weg zijn)
Goede manier om handel te vervoeren (waterweg of gewone weg)
Veiligheid/bescherming tegen rovers (bij een kasteel, of binnen stadsmuren)
Een markt (genoeg bezoekers en kooplieden om mee te handelen)
Slide 10 - Tekstslide
Wat is belangrijk voor de handel?
Sleep de goede antwoorden hier.
Veilige plek
Goede plek
Goed vervoer
Markt
Slide 11 - Sleepvraag
Kijkopdracht.
Iedere rij is een verhaaltje.
Het eerste verhaaltje begint bij een huis.
Het tweede verhaaltje begint bij een kerk.
Ze eindigen allebei met een stadmuur en stadspoort eromheen.
Wat valt je op?
Slide 12 - Tekstslide
Wat ga je leren?
Wat is de Hanze? ✔
Welke stedendoen mee? ✔
Wat isbelangrijkvoor de handel? ✔
Welkeambachtenzijn er?
Wat is een gilde?
Slide 13 - Tekstslide
Welke ambachten zijn er?
Slide 14 - Tekstslide
Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een mandenmaker. Van buigzaam riet of dunne takken hout kan je veel maken. Manden, bezems, stoelen.
Slide 15 - Tekstslide
Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een leerlooier
Iemand met dit vak kon stugge dierenhuiden bewerken tot leer, en et in elke vorm krijgen. Een paardenzadel, of een tas.
Slide 16 - Tekstslide
Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een timmerman
Iemand met dit vak kon huizen helpen bouwen (die van hout waren) of meubels maken.
Slide 17 - Tekstslide
Dit ambacht heet...
Dit ambacht heet een houtrasper
Iemand met dit vak kon hout raspen. Van een kromme boomstam raspte men er een mooie ronde balk van. Een mooie spriet of een mooie mast voor een schip!
Slide 18 - Tekstslide
Wat is een gilde?
Een gilde is een soort vereniging.
In een gilde deelden de leden ervaringen en tips met elkaar.
Een gilde had zijn eigen beroepsgeheimen.
Nieuwe gildeleden werden via het gilde opgeleid.
Nieuwe gildeleden konden in hun gilde examen doen.
Zo kon een ervaren bakker, slager of smid iemand opleiden.
Slide 19 - Tekstslide
Ik ben de meester
Ik ben goed in dit ambacht. Om dit vak te leren ga je bij mij 'in de leer'. Dan leer ik je dit vak.
Je gaat niet naar school maar je werkt. Regelmatig moet je een proef maken, tot je examen doet. Ben je geslaagd dan ben je net zo goed als ik in dit ambacht.
Schilders, dokters, bakkers en slagers hadden allemaal gildes.
Ik ben de leerling
Ik let goed op en doe goed mijn best. Ik ga toch niet naar school.
Als ik het goed doe, ben ik over 10 jaar misschien wel geslaagd!
Hoezee!
Slide 20 - Tekstslide
Koggeschip
Dit is een koggeschip. Hiermee vervoerden Hanzesteden hun handelswaar (spullen). Zo'n schip was 30 meter lang (3 x een klaslokaal) en kon wel 200.000 kilogram vervoeren.
Stel je voor, ieder kind weegt 60 kg, dan zou de hele basisschool de Telgenborch 16.200 kg. wegen. Doe er de leerkrachten bij en dan heb je 20.000 kg.