Hoofdstuk 7 Paragraaf 4

De overheid en de toekomst
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

De overheid en de toekomst

Slide 1 - Tekstslide

Productiefactoren

Slide 2 - Tekstslide

De economische structuur

De economische structuur is de kwaliteit en kwantiteit van de productiefactoren in ons land.


Voorbeelden

De overheid investeert in ...

* scholing, de kwaliteit van de productiefactor arbeid verbetert.

* duurzame energie, de aanschaf van meer windmolens, de kwantiteit van de productiefactor kapitaal verbeterd.

Slide 3 - Tekstslide

De prestaties van de economie

De economische structuur beïnvloedt de prestaties van de economie.

Te denken valt aan:

  • De (arbeids)productiviteit
  • Technologische vooruitgang  (innovaties) 
  • Werkloosheid (door werkloosheid wordt een gedeelte van de productiefactor arbeid onbenut)

Slide 4 - Tekstslide

Staatsschuld
  • De staatsschuld is de schuld van de overheid.
  • Doordat de overheid in alle jaren met een begrotingstekort geld heeft geleend, is een staatsschuld of overheidsschuld ontstaan.
  • Die schuld daalt als de overheid aflost op de leningen.
  • De landen in Europa hebben afgesproken hun begrotingstekort en staatsschuld te verminderen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

EMU = Europese Monetaire Unie
De Europese Monetaire Unie (eurozone) bestaat uit de landen binnen de EU die de euro hebben ingevoerd.
Ze hebben samen afspraken gemaakt over het begrotingstekort, dit mag niet te hoog worden.
Ze noemen het begrotingstekort, EMU-tekort.
De Europese Centrale Bank let er op dat de euro zijn waarde behoudt.

Slide 7 - Tekstslide

EMU
Niet alle landen hebben de Euro als wettig betaalmiddel.

Voordelen euro
  • geen geld wisselen
  • geen wisselkoersen
  • prijzen vergelijken 

Slide 8 - Tekstslide

Er zijn 4 productiefactoren, welk antwoord is geen productiefactor?
A
Natuur
B
Werk
C
Arbeid
D
Kapitaal

Slide 9 - Quizvraag

De schuld van de overheid die is ontstaan door te veel geld te lenen noemen we een...
A
overheidsschuld
B
lening
C
staatsschuld
D
premie

Slide 10 - Quizvraag

Waar staat de EMU voor?
A
Europese Moderne Unie
B
Europese Monetaire Unie
C
Europese Metaal Unie
D
Europa Voor Moeders Unie

Slide 11 - Quizvraag

De EU-landen zijn hetzelfde als de EMU-landen.
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Maken
Wat?: opdrachten maken van je oefentoets
Hoe?: Je gaat de opdrachten zelfstandig maken
Tijd?:Je krijgt 15 minuten.
Hulp?: Bespreek je antwoorden met je buurman/buurvrouw.
Klaar?: maak opdracht 1 t/m 8 van paragraaf 7.6 
 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide