In deze les zitten 12 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Cursus eventing
Slide 1 - Tekstslide
Planning
Week 1 - Introductie en reflecteren
Week 2 - Planningen
Week 3 - Planningen
Week 4 - Werkoverleg
Week 5 - Instructies
Week 6 - Introduduceren eindopdracht
Week 7 - Werken aan eindopdracht
Week 8 - Inleveren eindopdracht
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je weet wat reflecteren is
Je kunt het verschil tussen reflecteren en evalueren uitleggen
Je kunt de STARR-methode hanteren
Slide 3 - Tekstslide
Wat is reflecteren?
Slide 4 - Woordweb
Reflecteren
Terugblikken op je eigen handelen en ervaringen
Daarover nadenken
Nieuwe keuzes maken.
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
Wat is het nut van reflecteren?
Reflecteren betekent dat je op systematische wijze de manier waarop je functioneert onder de loep neemt.
Reflecteren is een belangrijke vaardigheid om jezelf te ontwikkelen en je gedrag en prestaties te optimaliseren.
Reflecteren zorgt ervoor dat je de verantwoordelijkheid voor je groei zelf in handen neemt.
Reflecteren is een vorm van leren waarbij je jezelf in het middelpunt van de belangstelling plaatst. Kan het interessanter zijn?!
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Je loopt sinds kort stage bij ENKCO Foodgroup in Holten, op de kwaliteitsdienst. Je voert diverse bepalingen uit zoals vetgehaltebepaling, temperatuurmetingen en microbiologisch onderzoek. Je koppelt de uitslagen ook terug naar productiemedewerkers.
Vandaag moest je een schnitzel onderzoeken op algemeen kiemgetal. Tijdens het maken van de verdunningsreeks heb je de monsterlepel schoon gemaakt tussen een alcoholdoekje. Het doekje was doordrenkt met alcohol. Je werkte ook bij een blauwe vlam. Deze stond vlak naast het doordrenkte doekje. Hierdoor sloeg de vlam over naar het doekje. Jij hebt het doekje op de grond gegooid waardoor de vlammen zich verdelen over de vloer. Gelukkig komt er net een collega aan die een blusdeken over de vlammen gooit waardoor het vuur gedoofd wordt.