4H Hoofdvragen §2.1 en §.2.2

4Hak4 Hoofdvragen §2.1 en 2.2
  • Maak de hoofdvragen van §2.1 en 2.2. 
  • Dat mag je in schrift doen (dat werkt het beste, ook als dingen niet goed zijn). Je fotografeert je antwoord per vraag en zet die foto in deze LessonUp.
  • Je mag ook rechtstreek in LessonUp typen, maar zorg ervoor dat je je antwoorden downloadt en bewaart voor de voorbereiding van je toets.
  • Je krijgt feedback op je antwoorden in deze LessonUp.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

4Hak4 Hoofdvragen §2.1 en 2.2
  • Maak de hoofdvragen van §2.1 en 2.2. 
  • Dat mag je in schrift doen (dat werkt het beste, ook als dingen niet goed zijn). Je fotografeert je antwoord per vraag en zet die foto in deze LessonUp.
  • Je mag ook rechtstreek in LessonUp typen, maar zorg ervoor dat je je antwoorden downloadt en bewaart voor de voorbereiding van je toets.
  • Je krijgt feedback op je antwoorden in deze LessonUp.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Hoofdvraag §2.1 a
Hoe zou het klimaat in Nederland zijn zonder de atmosferische circulatie: warmer of kouder?
Leg je antwoord uit.

Slide 3 - Open vraag

Hoofdvraag §2.1 c
Waarom komt de wind in Nederland meestal uit het zuidwesten?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

Hoofdvraag §2.1 d
Gebruik de atlas. India en Zuidoost-Azië kennen een bijzonder sterke moesson. Leg uit waarom de verdeling land-zee én de ligging van de Himalaya hiervoor verantwoordelijk zijn.

Slide 6 - Open vraag

Hoofdvraag §2.2 a - Gebruik evt. de atlas
Beoordeel de stelling:
Binnen klimaatgebieden komen grote klimaatverschillen voor
A
Klopt
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

Hoofdvraag §2.2 a - Gebruik evt. de atlas
Beoordeel de stelling:
Een Df-klimaat kent een koude winter
A
Klopt
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Hoofdvraag §2.2 a - Gebruik evt. de atlas
Beoordeel de stelling:
Een koude zeestroom zorgt voor droge omstandigheden
A
Klopt
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Hoofdvraag §2.2 a - Gebruik evt. de atlas
Beoordeel de stelling:
In Nepal kun je veel verschillende klimaten vinden: van tropisch tot polair.
A
Klopt
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Hoofdvraag §2.2 b
Welke twee kenmerken van het klimaat bepalen meestal de grenzen van een klimaatgebied?

Slide 11 - Open vraag

Hoofdvraag §2.2 c
Welke verschillen in het klimaat zijn er tussen gebieden met een warme respectievelijk koude zeestroom voor de kust?

Slide 12 - Open vraag

Bron 8

Slide 13 - Tekstslide

Hoofdvraag §2.2 d - Gebruik bron 8 en de atlas.
Beredeneer met behulp van de klimaatfactoren waarom in Centraal-Mexico een Cw-klimaat voorkomt.

Slide 14 - Open vraag