Week 40 jaar 1

Welkom
Mens & Maatschappij
Jaar 1

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Welkom
Mens & Maatschappij
Jaar 1

Slide 1 - Tekstslide

1.mm1kgt1 : uitleg + weektaak
1.mm2kgt1: alleen kennismaking + weektaak

Wat gaan we doen?
- Absenten

-Huiswerk check en nakijken

- Uitleg 1.3 






Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik vorige les

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk check
Woensdag 4 oktober:

Paragraaf 1.3
Blz. 28 t/m 33


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisbehoeften
Welke vijf basisbehoeften zijn er?
voeding
kleding
onderdak
gezondheidszorg
onderwijs



Wanneer ben je arm?
Als je niet genoeg geld en middelen hebt om je basisbehoeften te regelen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken in arme en rijke landen
Veel mensen in arme landen scharrelen hun inkomsten bij elkaar.
Ze verdienen hun brood in de scharreleconomie.

Hoe komt het dat mensen in arme landen de basisbehoeften vaak wel kunnen betalen?

Veel dingen zijn in arme landen minder duur dan in rijke landen.


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer arm of rijk?

Als je wilt weten of een land arm of rijk is, kijk je naar de rijkdom van een land op basis van geld.
Dit noemen we welvaart

Wat kun je vertellen over de welvaart van deze worstelaars in Dakar?
Op Blz. 31 > bron 23



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer arm of rijk?
Waar kijk je naar als je wilt weten of iemand arm of rijk is?
Je kijkt naar de levensomstandigheden van de mensen in dat land.
Dit noemen we welzijn

Je kijkt dan naar:
  • gezondheid
  • onderwijs
  • koopkracht



Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BNP per hoofd
Hoe kun je welvaart meten?
Alles wat in een jaar in één land wordt verdiend, deel je door het aantal inwoners van dat land.
Hoe wordt de uitkomst genoemd?   >    bnp/hoofd
Waarom geeft het bnp/hoofd niet altijd een goed beeld van de welvaart in een land?  veel mensen werken in de scharreleconomie
het is een gemiddelde: vaak zijn er veel arme mensen en weinig rijke mensen


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welkom
Mens & Maatschappij
Jaar 1

Slide 12 - Tekstslide

1.mm1kgt1 : uitleg + weektaak
1.mm2kgt1: alleen kennismaking + weektaak

Wat gaan we doen?
- Absenten

- Huiswerk paragraaf 1.3 checken en nakijken

- Uitleg 1.4

- Aan de slag






Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Weektaak
Woensdag 11 oktober:

Paragraaf 1.4
Blz.  36 t/m 41

opdracht 3 niet!





Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • weet je waarom landen ontwikkelingslanden genoemd worden en kun je voorbeelden geven van hoe die landen in ontwikkeling zijn
  • begrijp je wat het verschil is tussen de koplopers, volgers en achterblijvers en kun je landen indelen in deze drie groepen
  • weet je wat met beroepsbevolking bedoeld wordt en kun je beroepen in drie groepen indelen
  • weet je dat we grote verschillen tussen rijk en arm ongelijkheid noemen en kun je uitleggen wat het verschil is tussen sociale en regionale ongelijkheid.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies




Wat zijn ontwikkelingslanden?


In ontwikkelingslanden groeit de welvaart langzaam.
Lezen blz. 


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke drie groepen landen kun je de wereld verdelen als je kijkt naar de welvaart?
Koplopers: de ontwikkelde of rijke landen.
Bijvoorbeeld: Japan, VS, Nederland, Spanje

Volgers: landen die rijker worden.
Bijvoorbeeld: Brazilië, Rusland, India en China

Achterblijvers: de armste landen.
Bijvoorbeeld: veel landen in Afrika

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke drie groepen landen kun je de beroepsbevolking verdelen? 
Mensen werken in de
  • landbouw
  • industrie
  • diensten

Hoe rijker een land is, hoe meer mensen er in de diensten werken.
Hoe armer een land is, hoe meer mensen er in de landbouw werken.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil in welvaart
Hoe noem je de verschillen in welvaart tussen mensen?
sociale ongelijkheid

Hoe worden de verschillen in inkomen tussen rijke en arme gebieden in een land genoemd?
regionale ongelijkheid



Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ga aan de slag
Paragraaf 4.1
blz. 36 t/m 41

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies