Spanningsbronnen en Elektriciteit

Spanningsbronnen en Elektriciteit
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spanningsbronnen en Elektriciteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
In deze les leer je over spanningsbronnen, spanning meten, stroomsterkte, serie schakelingen, veiligheid van spanningsbronnen en het aansluiten van apparaten op een stopcontact.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over spanningsbronnen en elektriciteit?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn spanningsbronnen?
Spanningsbronnen zijn apparaten die elektrische energie leveren, zoals batterijen, zonnepanelen en stopcontacten.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spanning meten
Spanning wordt gemeten met een voltmeter, die parallel wordt aangesloten op het te meten onderdeel.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is stroomsterkte?
Stroomsterkte is de hoeveelheid elektrische lading die per seconde door een geleider stroomt en wordt gemeten in ampère (A).

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Serie schakelingen
Bij serie schakelingen worden de spanningen van de batterijen opgeteld, terwijl de stroomsterkte gelijk blijft.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheid van spanningsbronnen
Beschrijf de veiligheidsoverwegingen bij het gebruik van spanningsbronnen, zoals het vermijden van kortsluiting en het juist omgaan met batterijen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aansluiten op een stopcontact
Voor het aansluiten van apparaten die op lagere spanning werken op een stopcontact, heb je een transformator nodig om de spanning te verlagen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Samenvatting
Herhaal de belangrijkste punten van de les en beantwoord eventuele vragen van de studenten.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.