V6 middenstuk betoog
1 / 15
Lesduur is: 70 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Wat presenteer je ALTIJD in de inleiding van een betoog?
Slide 5 - Open vraag
Op welke plek in de inleiding presenteer je je stelling; standpunt; mening?
Slide 6 - Open vraag
Lees nu je eigen inleiding bij het onderwerp "Telefoongebruik op school". Pas hem zo nodig aan en plaats je inleiding hieronder.
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Hoe noem je de deelonderwerpen in een betoog?
A
weerleggingen
B
gewoon deelonderwerpen
C
argumenten
D
tegenargumenten
Slide 9 - Quizvraag
Waar of niet waar? Elke alinea behandelt een ander deelonderwerp.
A
waar
B
niet waar
Slide 10 - Quizvraag
Waarmee onderbouw je bij voorkeur je argumenten?
A
met feiten
B
met verklaringen
C
met oorzaak-gevolgtrekkingen
D
met voor- en nadelen
Slide 11 - Quizvraag
Hoe kun je een alinea met een argument het beste opbouwen?
A
onderbouwing - signaalwoord - kernzin (argument)
B
kernzin (het argument) - onderbouwing - signaalwoord
C
signaalwoord – kernzin (het argument) – onderbouwing
D
kernzin (het argument) - signaalwoord - onderbouwing
Slide 12 - Quizvraag
Vul de zin aan:
Zorg ervoor dat de argumenten ... zijn, oftewel dat je ze verschillend kunt ... (sociaal – economie – milieu – etc.).
Zorg ervoor dat de argumenten ... zijn, oftewel dat je ze verschillend kunt ... (sociaal – economie – milieu – etc.).
A
belangrijk; labelen
B
belangrijk; ontkrachten
C
divers; ontkrachten
D
divers; labelen
Slide 13 - Quizvraag
Lees de inleiding en het slot van de tekst Pas met vijf jaar
naar basisschool. Het middenstuk van dit betoog ontbreekt.
Schrijf dit middenstuk. Gebruik ongeveer 250 woorden.
naar basisschool. Het middenstuk van dit betoog ontbreekt.
Schrijf dit middenstuk. Gebruik ongeveer 250 woorden.
