Week 5 Nederlands 1MK WS, ZD en schrijven

Nederlands 1MK week 5
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands 1MK week 5

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Nieuwe week & nieuwe taak

Slide 3 - Tekstslide

Week 5  - 1 februari t/m
5 februari 2021

Weektaak af: dinsdag  9 februari, zie magister!!!
  • Zorg voor een nieuw leesboek!
  • Je mag ook een tijdschrift of stripboek lezen
  • Deze week: start begrijpend lezen
  • Proeftoets zinsdelen en woordsoorten

Slide 4 - Tekstslide

Kies een boek voor je opdracht!

Slide 5 - Tekstslide

Lees nu 10 minuten in je leesboek/stripboek. Dat doe je natuurlijk elke dag 

Slide 6 - Tekstslide

Rapportperiode 2
  • Lezen hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4: proefwerk (3x)
  • Grammatica zinsdelen en woordsoorten: proefwerk (3x)
  • Schrijven: proefwerk (2x)
  • Boekentoets: so (1x, totaal over drie rapporten)
  • Taaluur: O/V/G

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
Deze week leer je:
  • zoekend lezen om informatie te vinden in een korte tekst

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling vorige les
Vorige week hebben we  geoefend met voorzetsels en ook hebben we gezien dat sommige werkwoorden een vast voorzetsel hebben. 

Slide 9 - Tekstslide

Nakijken huiswerk
Controleer  weektaak  4. 

De antwoorden staan aan het eind van de les.

Slide 10 - Tekstslide

Uitleg theorie
Op de volgende dia volgt uitleg over je leerdoelen voor deze week.

Slide 11 - Tekstslide

Zoekend lezen 
Soms wil je snel iets opzoeken in een tekst, bijvoorbeeld waar de vuurwerkshow plaatsvindt of hoe laat de aankomst van Sinterklaas op tv wordt uitgezonden. Je hoeft dan niet de hele tekst te lezen. Je zoekt alleen het stukje tekst dat je nodig hebt. Dat stukje lees je precies.



Slide 12 - Tekstslide

Zo lees je zoekend

Bekijk de titel en tussenkopjes. Je weet dan snel waar je moet zoeken.
Kijk naar anders gedrukte woorden (vet, schuin, gekleurd, onderstreept).

Let op opvallende tekens (bolletjes, nummeringen, sterretjes, enzovoort), tabellen, grafieken en afbeeldingen. Als je bijvoorbeeld de toegangsprijs van een concert zoekt, let je op een getal en op het euroteken (€). Als je zoekt waar het concert is, let je op de afbeelding van het kaartje, de routebeschrijving of op de afkorting voor kilometer (km).

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Opdrachten deze week 
  • Maak de startopdracht op bladzijde 64

  • Maak opdracht 1 op bladzijde 65

  • Maak opdracht 2 op bladzijde 66

Slide 15 - Tekstslide

Evaluatie
Wat was het lesdoel en heb je voor jezelf het gevoel dat je lesdoel is behaald?

Weet je...
  • wat je moet doen bij zoekend lezen?

Slide 16 - Tekstslide

Inleveren huiswerk
Maak een foto van je huiswerk en lever in via LessonUp, uiterlijk 9 februari.

Eerder mag altijd!

Slide 17 - Tekstslide

Inleveren weektaak

Slide 18 - Open vraag

Inleveren weektaak

Slide 19 - Open vraag

Inleveren weektaak

Slide 20 - Open vraag

Inleveren weektaak

Slide 21 - Open vraag

Inleveren weektaak

Slide 22 - Open vraag

Nakijken

Slide 23 - Tekstslide

Nakijken weektaak 4
Maken
Voorzetsels: maken opdracht 1 t/m 6 p. 158/159












 

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 1 bladzijde 158
1 Op maandag en donderdag zit Naomi achter de kassa in/van de supermarkt.
2 Bij/Aan het water zat een visser naar zijn dobber te kijken.
3 Tijdens/Na de sportles krijgt Abdullah meestal dorst.
4 De verpleegster zet de wekker op/bij het nachtkastje en de sloffen onder/naast/bij/voor het bed.
5 In het holst van de nacht lag Marije nog steeds wakker van/door het te harde matras.

Slide 25 - Tekstslide

Opdracht 2 bladzijde 158
1 Tijdens de vakantie
   in Italië
2 In Jakarta
3 Het jaarfeest van de sportclub
   door de zomerstorm.
4 Na lang overleg
   naar de Tweede Kamer.
5 Bij de opening van de nieuwe Jumbo


Slide 26 - Tekstslide

Opdracht 3 bladzijde 159
1 Natasja gelooft in haar kansen op een medaille bij turnen.
2 Patrick heeft veel ervaring met het installeren van computers.
3 Muhammed is toegelaten tot de selectie.
4 Ik heb in allerlei winkels lopen zoeken naar een leuke cadeau, maar ik heb niks gevonden.
5 Pannenkoeken bestaan uit meel, melk en eieren.


Slide 27 - Tekstslide

Opdracht 4 bladzijde 159
1 met = vz
2 op = deel van een werkwoord (oppakken)
3 af = deel van een werkwoord (afgaan)
4 na = vz
   bij = deel van een werkwoord (bijleggen)
5 uit = deel van een werkwoord (uitfluiten)
   na = vz


Slide 28 - Tekstslide

Opdracht 5 bladzijde 159
1 Jules (zn) heeft voor (vz) zijn verjaardag een nieuwe (bn) scooter gekregen (ww).
2 De buren (zn) zijn naar (vz) Ibiza op vakantie (zn).
3 Papa (zn) wil (ww) met een ouderwetse trein door (vz) Duitsland (zn) reizen.
4 Xandra heeft (ww) een mooie auto (zn) gekocht bij de nieuwe (bn) dealer op het (lw) industrieterrein.
5 Over de (lw) whatsappgroep vroeg (ww) Denise aan René (zn) de opdrachten van (vz) het wiskundehuiswerk (zn).


Slide 29 - Tekstslide

Opdracht 6 bladzijde 159
Eigen antwoord. Bijvoorbeeld:
In de trein naar Den Haag zat de conducteur met een kop koffie in de eerste klas. Hij zat in stilte genietend op zijn iPad te lezen. Toen kwam via de deur van de coupé een vrouw met haar zoontje binnen. Ze vroeg of ze van de stopcontacten gebruik mocht maken om met haar oplader de telefoon van haar zoontje op te laden.

De onderstreepte woorden zijn toegevoegd of aangepast.

Slide 30 - Tekstslide

Weektaak 5 afgerond

Slide 31 - Tekstslide