Later in het keizerrijk: je moet ook de keizer vereren
Door veroveringen komt men in contact met andere culturen en goden
Er was godsdienstige verdraagzaamheid, maar er waren grenzen.
Romeinse godin Minerva in mozaiëk.
Slide 3 - Tekstslide
2.3 Jodendom en christendom
Centrum jodendom: tempel in Jeruzalem (Judea).
Judea werd veroverd door de Romeinen
Joden geloofden dat God een nieuwe koning zou sturen, de Messias
Joden zijn monotheïstisch, maar voor Romeinen was dat geen probleem - Joden moesten meer belasting betalen - Joden bekeerden niet
Toch kwamen Joden in opstand. Als straf werden zij verjaagd uit Judea, dat hernoemd wordt naar Palestina.
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
2.3 Jodendom en christendom
Ontstaan van het Christendom
Volgelingen van Jezus van Nazareth (Messias)
Nadruk op hiernamaals en naastenliefde
Zoveel mogelijk mensen bekeren, door ...
Verlossingsleer: bevrijden van zonden --> hemel
Vooral voor kansarmen (vrouwen, slaven, armen)
Jezus wordt ter dood veroordeeld. Zijn discipelen (leerlingen) verspreiden zijn leer.
Slide 6 - Tekstslide
2.3 Jodendom en christendom
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Christenvervolgingen was een 'volkssport'. Hier worden ze voor de leeuwen geworpen.
Slide 9 - Tekstslide
Christenvervolging
Maar christen zijn in het Romeinse Rijk is levensgevaarlijk!
Net als het Jodendom geloven de christenen maar in één god,
en dat is niet de Romeinse keizer!
De Romeinse keizers laten daarom de christenen vervolgen en doden...
Om voor elkaar (maar niet voor de Romeinen!) herkenbaar te zijn, gebruikten christenen symbolen. Zo tekenden ze bijvoorbeeld een ichthus (vis) in het zand om hun geloof aan andere christenen kenbaar te maken. Als er dan een Romein in de buurt was, konden ze het symbool weer eenvoudig wissen.
Hoewel de naam ichthus, vis betekent, is het ook een afkorting van de eerste letters van: Jezus Christus, Gods zoon, (en / de) Redder, in het Grieks.
Slide 10 - Tekstslide
Lees de tekst 'Het ontstaan van het christendom'. Sleep de uitspraken naar het goede vak..
Juist
Onjuist
Paulus maakte de verering van Jezus, die volgens hem de Messias was, los van het jodendom.
Christenen geloven dat Jezus door God naar de aarde was gestuurd en mens was geworden om met zijn lijden de mensheid te verlossen van alle zonden.
Jezus van Nazareth was volgens Romeinse bronnen omstreeks 30 n.C op bevel van keizer Nero gekruisigd.
Slide 11 - Sleepvraag
2.3 Jodendom en christendom
Het christendom wordt staatsgodsdienst
Joden en christenen weken af --> geen verering staatsgoden.
Joden werden getolereerd. Christenen waren een bedreiging!
Ze probeerden anderen te bekeren (met succes).
Ze keuren Romeinse normen en waarden af (seksuele wellust en verheerlijking armoede).
Christenen verdienden de doodstraf omdat ze niet offerden voor de staatsgoden --> sterven als een martelaar.
Slide 12 - Tekstslide
Christenen in het Romeinse Rijk
Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk.
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.
De verspreiding van het Christendom in het Romeinse Rijk.
Verspreiding rond het jaar 75.
Verspreiding rond het jaar 200.
Verspreiding rond het jaar 300.
Verspreiding rond het jaar 400.
Slide 13 - Tekstslide
Noem twee redenen waarom het christendom in tegenstelling tot het jodendom verboden werd.
Slide 14 - Open vraag
2.3 Jodendom en christendom
In hoc signo vinces 'In dit teken zult gij overwinnen''
In 313 gaf keizer Constantijn de christenen godsdienstvrijheid.
--> Legde de geloofsleer vast:
Nieuwe testament Bijbel:
- 4 oude levensbeschrijvingen Jezus
- De evangeliën
- De brieven van Paulus
In 380 maakte keizer Theodosius van het christendom de staatsgodsdienst --> 392 werden alle andere godsdiensten verboden (joden uitzondering).
Keizer Constantijn
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Video
01:17
Wat vraagt keizer Diocletianus wat voor de christenen onmogelijk is om te doen?
Slide 17 - Open vraag
03:20
Zoek op het internet het teken op dat keizer Constantijn in deze strijd op de schilden van de soldaten liet zetten.