5.4 Invloed van de media

De invloed van de media
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

De invloed van de media

Slide 1 - Tekstslide

Tekst
  • Beeldvorming: Je vormt je een beeld van iets of iemand
  • Je moet altijd proberen een zo compleet mogelijk beeld te krijgen (hoor en wederhoor)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Beeldvorming
A
is dat je je steeds een beeld vormt van iets of iemand.
B
als je verstandig gebruik maakt van de media.
C
is de vrijheid van journalisten om berichten te kunnen maken zonder eerst toestemming te vragen.
D
is verzonnen informatie die verspreid wordt om mensen te beïnvloeden.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een voorbeeld van beeldvorming?
A
Je juicht als je favoriete speler op tv heeft gescoord.
B
Je bewondert je neef omdat hij geslaagd is voor een studie.
C
Je mag niet uit van je ouders: ze zijn té streng.
D
Door het programma Heel Holland Bakt vind je koks bijzonder.

Slide 5 - Quizvraag

Reclame maakt gebruik van vooroordelen/beeldvorming over mannen en vrouwen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

  • Informatieve functie: De media zorgt voor vrije informatie. Op deze manier weet je wat er afspeelt in de samenleving.
  • Controle of waakhondfunctie: De media kijken of politici/organisaties wel hun werk doen. Doen ze dat niet dan schrijft de media hierover. 
  • Socialiserende functie: Er kan door de media een soort wij-gevoel komen. Sociale cohesie genaamd.
Maatschappelijke functie van de media

Slide 8 - Tekstslide

Wat is geen maatschappelijke functie van de media?
A
Informatieve functie
B
Controle- of waakhondfunctie
C
Socialiserende functie
D
Asocialiserende functie

Slide 9 - Quizvraag

Welke maatschappelijke functie heeft whatsapp vooral?
A
Informatieve functie
B
controlefunctie
C
waakhondfunctie
D
socialiserende functie

Slide 10 - Quizvraag

  • persvrijheid: de vrijheid van journalisten om ongehinderd berichten te kunnen publiceren
  • Regels: je mag niemand beledigen/discrimineren. Geen haatzaaien of oproepen tot geweld. Je mag niet opzettelijk liegen.
Persvrijheid

Slide 11 - Tekstslide

Is er in Nederland persvrijheid?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

In een ... is er persvrijheid
A
Dictatuur
B
Democratie

Slide 13 - Quizvraag

Voor wie geldt persvrijheid?
A
Kranten, TV-omroepen
B
Kranten, Websites, TV-omroepen
C
Tijdschriften, websites
D
Kranten, Tijdschriften, TV-omroepen, websites

Slide 14 - Quizvraag

Persvrijheid is het recht van de nieuwsmedia om alles te schrijven/uit te zenden wat ze willen.
A
Dat is niet waar
B
Dat is waar

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Maken
Opdrachten persvrijheid

Slide 18 - Tekstslide