1. Je kunt uitleggen wat wordt bedoeld met de nettokracht op een bewegend voorwerp.
2. Je kunt aangeven hoe een voorwerp beweegt, als je de nettokracht op dat voorwerp kent.
3. Je kunt beschrijven hoe de nettokracht een voorwerp van richting kan laten veranderen.
4. Je kunt uitleggen waaraan je kunt merken dat een voorwerp een grote traagheid heeft.
5. Je kunt het verband benoemen tussen de massa van een voorwerp en zijn traagheid.
6. Je kunt berekeningen uitvoeren met kracht, massa en versnelling.