2.5 Vergelijkingen

Hoofdstuk 2: verbanden


Invoegen plattegrond op niveau
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 2: verbanden


Invoegen plattegrond op niveau

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk:
Opgaven maken ging ....
A
Goed
B
Deels
C
Ik snapte er niks van
D
Ik heb het niet gemaakt

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Tekstslide

Huiswerk bespreken    

Slide 4 - Tekstslide

Hoofdstuk 2
2.4 Stijgen en dalen.




Leerdoel 22 + 23






Slide 5 - Tekstslide

Gebruik planner
Pak je planner erbij.


Vul het eerste bolletje in van de leerdoelen van deze les.

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoel behaald deze les?

Pas bolletje 1 aan, in de planner, indien het veranderd is.
(+, +/-, -)
A
+
B
+/-
C
-

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Tekstslide

Hoofdstuk 2
2.5 Vergelijkingen.




Leerdoel 24+25






Slide 9 - Tekstslide

Omschrijf in eigen woorden wat het oplossen van een vergelijking is.

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Tekstslide

2.5 Vergelijkingen oplossen
Snijpunten BEREKENEN = GR

Slide 12 - Tekstslide

Vergelijkingen oplossen
Als je wilt weten wanneer deze twee grafieken gelijk zijn, elkaar raken. Wil je de vergelijking oplossen:
2nd, calc optie snijpunt. Daarna de twee
grafieken selecteren.

Slide 13 - Tekstslide

Notatie tijdens toets GR gebruik
y1=
y2=-12
optie snijpunt geeft x= -1,6... en x= 1,6...
Dus de oplossingen zijn x≈-1,6 en x≈1,6
3x4+3x2=12
3x4+3x2

Slide 14 - Tekstslide

Opgave samen maken

Slide 15 - Tekstslide

Hoofdstuk 2
2.5 Vergelijkingen.




Leerdoel 24+25






Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Aantekening 2.5 Vergelijkingen met de GR



Opschrijven:
y1=......
y2=......
optie snijpunt geeft x= .. y=....( en x=...   y=...)
dus ...
Opgave 30, 32 en 34

Slide 18 - Tekstslide

Hoofdstuk 2
2.5 Vergelijkingen.




Leerdoel 24+25






Slide 19 - Tekstslide

Leerdoel behaald deze les?

Geef dit ook aan het overzicht door het eerste bolletje te kleuren(+, +/-, -)
A
+
B
+/-
C
-

Slide 20 - Quizvraag