oefeningen hormonale regeling van de voortplanting

oefeningen hormonale regeling van de voortplanting
vanaf menstruatiecyclus
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatSecundair onderwijs

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

oefeningen hormonale regeling van de voortplanting
vanaf menstruatiecyclus

Slide 1 - Tekstslide

a) Op welke dag van de cyclus vindt de ovulatie (eisprong) plaats?
A
dag 1
B
Dag 7
C
Dag 14
D
Dag 21

Slide 2 - Quizvraag

b) Wat gebeurt er met de follikel voor deze datum? De follikel....

Slide 3 - Open vraag

c) Hoe verloopt de productie van de hypofysehormonen tijdens het rijpen van de eicel?
A
FSH daalt, LH stijgt
B
FSH Stijgt, LH stijgt
C
FSH Stijgt, LH daalt
D
FSH daalt, LH daalt

Slide 4 - Quizvraag

d) Hoe verloopt de productie van de vrouwelijke geslachtshormonen tijdens het rijpen van de eicel?
A
Oestrogeen stijgt, progesteron blijft stabiel
B
Oestrogeen Stijgt, progesteron stijgt
C
Oestrogeen daalt, progesteron daalt
D
Oestrogeen daalt, Progesteron blijft stabiel

Slide 5 - Quizvraag

b) Wat gebeurt er als de LH-concentratie heel hoog is?

Slide 6 - Open vraag

Welke hormonen worden door het geel lichaam geproduceerd?
A
LH en FSH
B
Oestrogeen en progesteron
C
LH en Oestrogeen
D
FSH en progesteron

Slide 7 - Quizvraag

Hoe is de concentratie geslachtshormonen tijdens de menstruatie?
A
Concentratie oestrogeen en progesteron zijn laag
B
Concentratie oestrogeen en progesteron zijn hoog
C
Concentratie progesteron is hoog en concentratie oestrogeen is laag

Slide 8 - Quizvraag

Vraag 13
a) produceert een vrouw haar hele leven dezelfde hoeveelheid geslachtshormonen?
A
ja
B
neen

Slide 9 - Quizvraag

b) tijdens welke periode produceert een vrouw de meeste geslachtshormonen?

Slide 10 - Open vraag

c) Welk deel in de eierstok zorgt voor de productie van enkel oestrogeen tijdens de eicelrijping?
A
geel lichaam
B
eierstok zelf
C
follikel

Slide 11 - Quizvraag

d) wanneer stopt de eicelrijping in een menstruele cyclus?

Slide 12 - Open vraag

Welk hormoon is in hoge concentratie aanwezig bij de eisprong?
A
LH
B
FSH
C
testosteron

Slide 13 - Quizvraag

f)Wat zorgt voor de productie van oestrogeen en progesteron na de eisprong?

Slide 14 - Open vraag

g) wat gebeurt er met de concentratie oestrogeen en progesteron wanneer de eicel niet bevrucht is?
A
concentratie blijft gelijk
B
concentratie stijgt
C
concentratie daalt

Slide 15 - Quizvraag

Welke fase van de menstruele cyclus treedt op wanneer het baarmoederslijmvlies afbreekt door de lage concentraties oestrogeen en progesteron?

Slide 16 - Open vraag

VRAAG 14
a) hormoon dat zorgt voor de aanmaak van zaadcellen in de teelbal
A
oestrogeen
B
FSH
C
LH

Slide 17 - Quizvraag

b) mannelijk geslachtshormoon dat wordt geproduceerd door de teelballen.
A
FSH
B
Testosteron
C
LH

Slide 18 - Quizvraag

c) Bij een hoge concentratie testosteron in het bloed, zal de productie van LH en FSH...
A
toenemen
B
gelijk blijven
C
afnemen

Slide 19 - Quizvraag

Oestrogeen
Testosteron
LH
FSH
progesteron
stimuleert de baarmoeder tot aanmaak van baarmoederslijmvlies + zet een rem op de aanmaak van FSH. Zorgt ook voor de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken bij de vrouw.
zorgt voor de aanmaak van zaad ellen en zet een rem op de aanmaak van LH en FSH. Zorgt ook voor de ontwikkeling van secundaire geslachtskenmerken bij de man
stimuleert bij de vrou de ovulatie en de ontwikkeling van het geel lichaam
Stimuleert bij de vrouw de rijping van de follikel en eicel. Stimuleert bij de man de ontwikkeling van zaadcellen
Stimuleert de baarmoeder tot aanmaak van baarmoederslijmvlies + zet een rem op de aanmaak van LH door de hypofyse. 

Slide 20 - Sleepvraag

vraag 17
a) welke cellen geven oestrogeen af?
A
Follikelcellen
B
zaadcellen
C
eicellen
D
rode bloedcellen

Slide 21 - Quizvraag

b) waar wordt progesteron aangemaakt?
A
in de eicel
B
in het geel lichaam
C
in de rijpende follikel
D
in de teelbal

Slide 22 - Quizvraag

oef 18, 19, 20 en 21 maak je zelf

Slide 23 - Tekstslide