wederkerend werkwoord met voorzetsel

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1,2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Weet je het nog?  
denk aan:
 zich schamen
zich vergissen

Slide 2 - Tekstslide

Zijn de volgende zinnen goed of fout?

Slide 3 - Tekstslide

Ik vergiste me in mijn beste vriendin.
A
goed
B
fout

Slide 4 - Quizvraag

Hij verslikte ons in zijn brood.
A
goed
B
fout

Slide 5 - Quizvraag

Zij bemoeide zich over haar vriendin.
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quizvraag

Wij ergeren ons aan het moeilijke huiswerk.
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quizvraag

Ik sluit mij af op de herrie in de klas.
A
goed
B
fout

Slide 8 - Quizvraag

Weet je het nog?

Slide 9 - Tekstslide

zich schamen .....

Slide 10 - Open vraag

zich verslikken .....

Slide 11 - Open vraag

zich ergeren .....

Slide 12 - Open vraag

zich bezeren .....

Slide 13 - Open vraag

zich bemoeien .....

Slide 14 - Open vraag

zich amuseren .....

Slide 15 - Open vraag

zich afsluiten .....

Slide 16 - Open vraag

zich verdiepen .....

Slide 17 - Open vraag

ik
jij
hij
zij 
wij
jullie
u
ons
zich
me
je

Slide 18 - Sleepvraag

in
voor
aan
met
zich vergissen ...

zich verslikken ...

zich schamen ...

zich ergeren ...

zich bezeren ...

zich bemoeien ...

zich afsluiten ...

zich storen ...

zich amuseren ...

zich verbranden ...

zich stoten ...

zich verdiepen ...

Slide 19 - Sleepvraag

ik
jij
hij
zij 
wij
jullie
u
ons
zich
me
je

Slide 20 - Sleepvraag

me
je
zich
ons
wij
je
hij
jullie
ik
zij

Slide 21 - Sleepvraag