spelling H4 - meervoud op -s

meervoud op -s
Je leert meervouden die eindigen op -s correct spellen. 

Je leert woorden met ei en ij correct spellen. 
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

meervoud op -s
Je leert meervouden die eindigen op -s correct spellen. 

Je leert woorden met ei en ij correct spellen. 

Slide 1 - Tekstslide

Planning van de les:
- Voorkennis ophalen
- Instructie 
- Even oefenen
- Opdrachten via Socrative
- Afronden

Slide 2 - Tekstslide

Meervouden op -en
- Vaak hoef je alleen maar -en achter het woord te zetten. 
deur - deuren 
- Soms moet je tegelijk de laatste letter verdubbelen.
trap - trappen
-Soms moet je tegelijk een a, e, o of u weghalen.
potlood - potloden

Slide 3 - Tekstslide

- Soms moet je tegelijk een -f veranderen in een -v-. 
kloof - kloven 
- Soms moet je tegelijk een -s veranderen in een -z-.  
huis - huizen
-Als het enkelvoud eindigt op -ee, maak je het meervoud met -ën .
idee - ideeën
- Als het enkelvoud eindigt op -ie, maak je het meervoud met -ën of met -n. Dit is afhankelijk van de klemtoon. 





Slide 4 - Tekstslide

meervoud op s
Schrijf een s achter het enkelvoud:

actie - acties
garage - garages 

Slide 5 - Tekstslide

meervoud op 's
- Bij woorden op a, i, o, u, of y
opa - opa's
baby - baby's 


-Bij afkortingen
cd - cd's
wc - wc's 


Slide 6 - Tekstslide

klinkers die samen een klank vormen 


cadeau - cadeaus
dominee - dominees
milieu - milieus 


Let op!
radio's (ra-di-o)

Slide 7 - Tekstslide

Meervoud van tv
A
tv's
B
tvs

Slide 8 - Quizvraag

Meervoud van dictee
A
dictees
B
dictee's

Slide 9 - Quizvraag

Meervoud van garage
A
garage's
B
garages

Slide 10 - Quizvraag

Meervoud van foto
A
fotos
B
foto's

Slide 11 - Quizvraag

Meervoud van dominee
A
dominees
B
dominee's

Slide 12 - Quizvraag

Meervoud van slee
A
sleeën
B
sleën

Slide 13 - Quizvraag

Meervoud van rollade
A
Rollades
B
Rollade's

Slide 14 - Quizvraag

meervoud van menu

Slide 15 - Open vraag

meervoud van radio

Slide 16 - Open vraag

meervoud van camera?

Slide 17 - Open vraag

meervoud van cavia

Slide 18 - Open vraag

Aan het werk 
Verwerking via Socrative

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Link

Slide 21 - Tekstslide

Geef jezelf een cijfer:
In hoeverre beheers je dit lesdoel?
Ik kan meervouden die eindigen op -s correct spellen.

Slide 22 - Open vraag

Geef jezelf een cijfer:
In hoeverre beheers je dit lesdoel?
Ik kan woorden met ei en ij correct spellen.

Slide 23 - Open vraag

Geef jezelf een cijfer:
In hoeverre beheers je de meervoudsvormen uit het vorige hoofdstuk? (-ën - eren - en)

Slide 24 - Open vraag

Geef jezelf een cijfer:
Hoe heb je deze les gewerkt?

Slide 25 - Open vraag

Geef deze les een cijfer:
Hoe vind je het werken via socrative? En had je voldoende instructie om de les te kunnen maken?

Slide 26 - Open vraag