Leesvaardigheid Queen Elizabeth II

Leesvaardigheid Queen Elizabeth II
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Leesvaardigheid Queen Elizabeth II

Slide 1 - Tekstslide

Planning 
  1. Leerdoelen                                                                                     3 min       
  2. Starter                                                                                              5 min 
  3. Kritisch luisteren                                                                       10 min 
  4. Leesvaardigheid (opdracht)                                                 20 min 
  5. Bespreken opdrachten                                                           10 min 
  6. Evaluatie en afsluiting                                                               2 min 

Slide 2 - Tekstslide

Aan het einde van deze les... 
  • Heb je meer geleerd over het leven van de Britse koningin Elizabeth II, die onlangs op 96-jarige leeftijd overleed; 
  •  Heb je goed leren analyseren welke informatie uit de tekst belangrijk is en hoe je vragen bij de tekst moet interpreteren;
  • Heb je geoefend met de geleerde woordleerstrategieën. 

Slide 3 - Tekstslide

Wat voor een taken
heeft een koning(in)?

Slide 4 - Woordweb

Hoe hoorde jij dat
Queen Elizabeth was
overleden?

Slide 5 - Woordweb

Wat weet je over
Queen Elizabeth?

Slide 6 - Woordweb

Kijkvragen 
Bekijk de uitzending van het Jeugdjournaal en beantwoord de vragen. 

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel jaar is Queen Elizabeth koningin geweest?

Slide 8 - Open vraag

Hoe heet het paleis in Londen waar koningin Elizabeth woonde?

Slide 9 - Open vraag

Hoe oud is koningin Elizabeth geworden? (noteer alleen cijfers)

Slide 10 - Open vraag

Waarom maakte de kist met het lichaam van de koningin een tocht door Schotland?

Slide 11 - Open vraag

Wie is nu koning van het Verenigd Koninkrijk geworden? (naam)

Slide 12 - Open vraag

Leestekst 
In volledige stilte...
Lees de tekst en maak de volgende opdrachten 
  1. Sleutelvragen           blz. 2 
  2. Opdracht 3                 blz. 3+4 
  3. Opdracht 4                 blz. 5 

Slide 13 - Tekstslide

Sleutelvragen bespreken

Slide 14 - Tekstslide

1. Koningin Elizabeth was van meerdere landen het symbolische staatshoofd, maar niet het officiële staatshoofd. Leg uit wat het verschil hiertussen is.

Slide 15 - Open vraag

2. Welke gebeurtenis lag aan de oorsprong van het worden van koningin van Queen Elizabeth?


Slide 16 - Open vraag

3. Waarom werd Elizabeth veel eerder koningin dan gedacht?

Slide 17 - Open vraag

4. Op welk moment van haar regeerperiode werd de koningin een kille en wereldvreemde ijskoningin genoemd? Hoe is dit weer bijgedraaid bij het volk van het Verenigd Koninkrijk?

Slide 18 - Open vraag

5. Wat was de reden dat de koningin niet aan alle festiviteiten rondom haar jubileum deel kon nemen?

Slide 19 - Open vraag

6. Wat was haar laatst volbrachte taak in de rol van koningin met betrekking tot het kabinet?

Slide 20 - Open vraag

7. In de titel van de tekst neemt schrijver Peter Giessen een standpunt in. Noem twee elementen uit de tekst waarmee hij dit standpunt onderbouwt.

Slide 21 - Open vraag

8. Welk compliment geeft de schrijver koningin Elizabeth?

Slide 22 - Open vraag

Opdracht 3 
de monarch = de koning(in), de keizer(in)
iemand van de troon stoten = iemand de macht (eerste positie) ontnemen
soeverein = onafhankelijk en zelfstandig
de eega = de echtgeno(o)t(e)
de abdicatie = de troonsafstand
in het huwelijksbootje stappen = met iemand trouwen
tumultueus = gepaard gaand met opschudding, rumoer en incidenten
turbulent = vol onrust

Slide 23 - Tekstslide

Opdracht 3 
verzeild raken in = toevallig ergens in terechtkomen
verstek laten gaan = ergens niet komen opdagen terwijl je wel verwacht werd
de residentie = de plaats waar het staatshoofd woont
in iemands voetsporen treden = iets soortgelijks gaan doen als iemand vóór jou gedaan heeft
verguld zijn met iets = heel blij zijn met iets
de cohesie = de samenhang
controversieel = waarover grote meningsverschillen zijn

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht 4 bespreken

Slide 25 - Tekstslide

1. In regel 4 lees je dat de Britten een ‘nieuw’ volkslied krijgen. ‘Nieuw’ staat hier tussen aanhalingstekens. Waarom is dat?

Slide 26 - Open vraag

2. Lees regel 9-18 nogmaals. Koningin Elizabeth II was het staatshoofd van niet alleen het Verenigd Koninkrijk, maar ook de Commonwealth of Nations en de Commonwealth Realms. Wat is de overeenkomst tussen die laatste twee en wat zijn de verschillen?

Slide 27 - Open vraag

3. Lees regel 19-20 nogmaals. Welke bijzondere functie had Elizabeth als koningin nog meer, naast het feit dat ze staatshoofd was?

Slide 28 - Open vraag

4. Stamboom 

Slide 29 - Tekstslide

5. De tekstsoort van tekst 1 is een informatieve tekst. Wat is de tekstvorm van tekst 1?
A
Een biografie
B
Een opiniestuk
C
Een recensie
D
Een verslag

Slide 30 - Quizvraag

6. Wat voor tekstsoort is tekst 2?

Slide 31 - Open vraag

7. Wat vindt de schrijver van Elizabeth? En wat vindt hij van Charles? Welke van de twee vindt hij meer geschikt voor het koningschap en waarom?

Slide 32 - Open vraag

8. Wat denk je: is de schrijver van tekst 2 (Peter Giessen) een monarchist of een republikein?
een monarchist
een republikein

Slide 33 - Poll

Huiswerk voor vrijdag 
Lesuur 3:
Maken §5.11 Zelfstandig naamwoorden
Opdracht 11+12 (blz. 192+193)
Uit de reader of online

Lesuur 7: 
Meenemen leesboek 

Slide 34 - Tekstslide

Als het goed is... 
  • Heb je meer geleerd over het leven van de Britse koningin Elizabeth II, die onlangs op 96-jarige leeftijd overleed; 
  •  Heb je goed leren analyseren welke informatie uit de tekst belangrijk is en hoe je vragen bij de tekst moet interpreteren;
  • Heb je geoefend met de geleerde woordleerstrategieën. 

Slide 35 - Tekstslide

In hoeverre heb jij de leerdoelen behaald?
Volledig
Deels
Helemaal niet

Slide 36 - Poll