1.1 Verleden, heden en toekomst

hoi allemaal
boeken op tafel!
inloggen in deze lessonup
stil als de timer om is
timer
4:00
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

hoi allemaal
boeken op tafel!
inloggen in deze lessonup
stil als de timer om is
timer
4:00

Slide 1 - Tekstslide

1.1 Verleden, heden en toekomst

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik weet welke ontwikkelingen uit de tijd van jagers en boeren nog steeds invloed op ons hebben.

Ik kan uitleggen hoe we aan informatie over de eerste mensen komen.
Ik kan het verschil tussen geschreven en ongeschreven bronnen, primaire en secundaire bronnen uitleggen.



Slide 3 - Tekstslide

Kenmerkend aspect

 
De levenswijze van jagers en verzamelaars 

Slide 4 - Tekstslide

Tijd van Jagers en Boeren (tot 3000 v. Chr.)

Slide 5 - Tekstslide

Prehistorie

Slide 6 - Tekstslide

Een ontdekking..
In 1940 ontdekten jongens schilderingen van 17 000 jaar oud in de grot van Lascaux, in Zuid-Frankrijk. 

Hun leraar riep de hulp in van een archeoloog: iemand die opgravingen doet en bestudeert.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Vragen en antwoorden
De  grot werd een historische informatiebron voor archeologen. De mensen die toen leefden, lieten hun sporen in de grot achter.

Sommige vragen over de prehistorie zijn moeilijk te beantwoorden omdat er geen geschreven bronnen zijn uit die tijd.

historisch: heeft te maken met het verleden

bron: hieruit haal je informatie

spoor: overblijfsel van het verleden

prehistorie: (voorgeschiedenis, tijd van jagers en boeren) eerste periode: de tijd waaruit we geen geschreven bronnen hebben (tot 3000 v.C.)

Slide 10 - Tekstslide

Welke opmerking over onze jaartelling is juist?

De jaartelling die we gebruiken ...
A
begint aan het einde van de prehistorie.
B
begint met de geboorte van Jezus Christus.
C
heet de katholieke jaartelling.
D
is de enige jaartelling die er is.

Slide 11 - Quizvraag

De jaartelling die wij gebruiken is de christelijke jaartelling.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Wat voor beroep heeft deze vrouw?

Slide 13 - Open vraag

Een andere naam voor deze periode is de prehistorie.
Wat past bij de prehistorie?
A
Tijd waarin mensen het schrift gebruiken
B
Geschreven bronnen
C
Ongeschreven bronnen
D
Tijd waarin mensen geen schrift hebben

Slide 14 - Quizvraag

Hoe noem je de tijd voordat mensen geschreven bronnen nalieten?
A
Prehistorie
B
Eerste geschiedenis

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Ongeschreven bronnen
Bronnen zonder tekst:
  • Gebouwen
  • Voorwerpen
  • Meubels
  • Botten
  • Bodemlagen

Slide 17 - Tekstslide

Geschreven bronnen
Bronnen die bestaan uit tekst/tekens/getallen:
  • Boeken
  • Brieven
  • Rekeningen
  • Documenten

Slide 18 - Tekstslide

Bronnen uit de prehistorie zijn alleen ongeschreven bronnen
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Bronnen uit de historie zijn alleen geschreven bronnen.
A
waar
B
niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Is dit een ongeschreven of geschreven bron
A
Getekende bron.
B
Ongeschreven bron
C
Beiden
D
Geschreven bron

Slide 21 - Quizvraag

Primaire bronnen 

  • Zijn in de tijd waarover ze gaan gemaakt

  • Zijn meestal gemaakt door iemand die bij de gebeurtenis aanwezig was, maar dat hoeft niet altijd.

Slide 22 - Tekstslide

Secundaire bronnen 

  • Zijn gemaakt door iemand die er niet zelf bij was, bijvoorbeeld omdat hij later leefde óf omdat hij ergens anders woonde.

  • Heeft de informatie gekregen via andere (geschreven of ongeschreven) bronnen

Slide 23 - Tekstslide

Wat is een bron?
A
alles waardoor je iets te weten kunt komen over het verleden.
B
het verleden
C
alles waar je iets te weten kunt komen door het heden.

Slide 24 - Quizvraag

Wat is ook alweer een primaire bron?
A
Een bron die direct gemaakt wordt.
B
Een bron gemaakt door iemand die er zelf bij was.
C
Een bron die later is gemaakt over een bepaalde tijd.
D
Een bron waar je water uit kunt drinken.

Slide 25 - Quizvraag

Is de afbeelding een primaire of een secundaire bron?
A
Primair
B
Secundair

Slide 26 - Quizvraag

Hiërogliefen
A
Geschreven secundaire bron
B
Ongeschreven primaire bron
C
Geschreven primaire bron
D
Ongeschreven secundaire bron

Slide 27 - Quizvraag

Het paleis van Versailles is een:
A
Secundaire bron
B
Primaire bron

Slide 28 - Quizvraag

Een filmpje over het paleis van Versailles is een:
A
Geschreven secundaire bron
B
Ongeschreven primaire bron
C
Geschreven primaire bron
D
Ongeschreven secundaire bron

Slide 29 - Quizvraag

Waarom gebruiken we verschillende bronnen om het verleden te bestuderen?
A
Omdat niet elke bron even betrouwbaar is.
B
Omdat we houden van extra huiswerk.
C
Omdat sommige bronnen al niet meer bestaan.
D
Omdat alle bronnen door dezelfde personen gemaakt zijn.

Slide 30 - Quizvraag

Prehistorie
Historie
Geschreven bronnen
Ongeschreven bronnen

Slide 31 - Sleepvraag

Weektaak 
1) Lezen paragraaf 1.1


2) Maken in je werkboek of het online werkboek: paragraaf 1.1; opdracht 5, 6, 7 en 8


Slide 32 - Tekstslide