Van spanningen naar oorlog

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Van spanningen naar oorlog

Leerdoel

Aan het einde van de les kun jij de politieke, economische en sociale spanningen die ontstonden na de Eerste Wereldoorlog identificeren en begrijpen als oorzaken van de Tweede Wereldoorlog.

Wat weet je al over de oorzaken van de Tweede Wereldoorlog?

Eerste wereldoorlog

• Kroonprins Rudolf en Mary Vetsera plegen zelfmoord
• Franz Ferdinand is de volgende in lijn
• Franz Ferdinand wordt vermoord  door Gavrilo Princip, een Bosnisch-Servische vrijheidsstrijder
• Keizer Franz Jozef verklaart Servië de oorlog

Het Verdrag van Versailles

In 1919 werd het Verdrag van Versailles ondertekend. Duitsland werd gedwongen om enorme herstelbetalingen te doen en verloor een groot deel van zijn grondgebied.

Verdrag van Versailles

Economische spanningen

Duitsland was niet in staat om de herstelbetalingen te doen die werden opgelegd door het Verdrag van Versailles. Dit zorgde voor economische spanningen in Duitsland en Europa.

Maar ook voor een grote crisis!

Opkomst van totalitaire regimes

In de jaren 30 kwamen totalitaire regimes op in Europa, zoals Nazi-Duitsland en fascistisch Italië. Deze regimes gebruikten propaganda en geweld om de macht te grijpen.

Adolf Hitler

• Afgewezen door de kunstacademie
• Heeft meegevochten in de Eerste Wereldoorlog
• Ontwikkelde in de gevangenis ideeën over hoe hij  Duitsland er weer bovenop zou krijgen na het verdrag van Versailles (zie: Mein Kampf)
  

Appeasementpolitiek

Veel landen in Europa kozen voor een appeasementpolitiek ten opzichte van Nazi-Duitsland, waarbij ze concessies deden om oorlog te voorkomen. Dit heeft de spanningen in Europa verhoogd.

Verdrag van Munchen

In 1938 tekenden het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Italië en Nazi-Duitsland de Munich-overeenkomst, waarbij Tsjechoslowakije een deel van zijn grondgebied moest afstaan aan Duitsland.

Molotov-von Ribbenpact

1939: Duitsland sluit een niet aanvalsverdrag met Sovjet Rusland(Stalin)

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Stel 1 vraag over iets dat je nog wilt weten