Om een inkomen te verdienen, kunt je als zelfstandige werken. Je hebt dan je eigen bedrijf. De winst die je daarmee behaalt, is je inkomen.
Een zelfstandige zonder personeel, noem je een ZZP-er.
Wil jij geld verdienen?
Slide 5 - Tekstslide
Arbeidsovereenkomst
De meeste mensen die werken zijn werknemer en zijn dus in loondienst.
Als je afspreekt om voor een werkgever te gaan werken, sluit je een arbeidsovereenkomst af.
Wat staat er in een arbeidsovereenkomst?
Wat je gaan doen (functie)
Hoeveel uur je per week gaat werken
Hoeveel je daarmee gaat verdienen (bruto uurloon)
Slide 6 - Tekstslide
wat staat er in een arbeidsovereenkomst?
Slide 7 - Woordweb
Vacature
Als je op zoek bent naar werk, kan je reageren op een vacature.
Slide 8 - Tekstslide
Brutoloon en Nettoloon
Brutoloon
Het loon dat je hebt afgesproken met je werkgever.
Het loon dat in je arbeidsovereenkomst staat is je brutoloon
Nettoloon
Het loon dat je ontvangt na in houding van loonbelasting en sociale premies.
Slide 9 - Tekstslide
Nettoloon berekenen
Mevrouw Reinders krijg €285o brutoloon. Er wordt €850 ingehouden op haar loon. Wat is haar nettoloon?
Brutoloon - inhouden = nettoloon
Slide 10 - Tekstslide
Charity werkt in een kledingwinkel en verdient hiermee €217 per maand. Haar werkgever houd €42,17 in. a. Wat is haar brutoloon? b. Wat is haar nettoloon?
Formule Nettoloon
Nettoloon = Brutoloon - inhoudingen
timer
2:00
Slide 11 - Open vraag
In je arbeidsovereenkomst staat je...
timer
1:00
A
nettoloon
B
brutoloon
Slide 12 - Quizvraag
Op je bankrekening ontvang je...
timer
1:00
A
nettoloon
B
brutoloon
Slide 13 - Quizvraag
Wettelijk minimumloon
Als jij (later) gaat werken dan heb je recht op het wettelijk minimumloon. Dit is het brutoloon wat je minimaal moet verdienen als je 21 jaar bent bij een voltijdbaan.
Ben je onder de 21 dan geldt het minimumjeugdloon.
Slide 14 - Tekstslide
Het minimumjeugdloon is een percentage van het wettelijke minimumloon.
Wat zou jij verdienen?
timer
2:00
Slide 15 - Open vraag
Raymond is 17 en werkt 12 uur per week als vakkenvuller.
Bereken hoeveel hij per week verdient.
timer
2:00
Slide 16 - Open vraag
Vaste baan of tijdelijke baan?
Het grootste deel van de mensen heeft een vaste baan. Je hebt een contract voor onbepaalde tijd.
Het aantal flexibele banen neemt toe. Je hebt dan een uitzendbaan of een oproepcontract. Ook een tijdelijke baan wordt gerekend tot een flexibele baan
Slide 17 - Tekstslide
Deeltijdbaan
Ander woord: parttime baan
Een niet volledige baan van minder dan 36 uur per week
Voltijdbaan
Een volledige baan van 36 tot 40 uur per week
Slide 18 - Tekstslide
Werkloos
Als je geen baan kunt vinden, maar wel wilt en kunt werken. Dan ben je werkloos.
Je moet je dan inschrijven bij het UWV.
UWV
Bepaalt of jij recht hebt op een werkloosheidsuitkering
Probeert te helpen bij het zoeken naar een baan
Slide 19 - Tekstslide
Bij een vaste baan heb je een contract voor....
A
Bepaalde tijd
B
Onbepaalde tijd
Slide 20 - Quizvraag
Een deeltijd baan is een baan waarbij je
A
meer dan 36 uur per week werkt
B
minder dan 36 uur per week werkt
Slide 21 - Quizvraag
Aan de slag
Wat: Maken INTRO H4
Wie: Individueel Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt) Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw
Tijd: 15 minuten
Klaar: Vraag mij voor de volgende opdracht
Slide 22 - Tekstslide
Welk van de onderstaande begrippen heb jij deze les geleerd?