2K. Toets voorbereiding

1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Today
- Study vocabulary
- Grammar explanations
- Gimkit?
LessonUp:
 saeol

Slide 2 - Tekstslide

Study vocabulary
Kader: page 70-71   / Theoretisch: page 74-75
Nl-Eng & Eng-Nl

 Quizlet / Wrts / Write down the words 

timer
10:00

Slide 3 - Tekstslide



What can you expect on the test?

Slide 4 - Tekstslide

Listening:
1. True / false / not mentioned
2. Zet in juiste volgorde
Vocabulary
3. Woordjes vertalen (E-N)
4. Begrippen koppelen
5. Tegenovergestelde woord vinden
6. Woordjes vertalen (N-E)
Grammatica
6. Werkwoorden in past simple 
7. Zin vragend & ontkennend maken

Listening:
1. True / false 
2. Zet in juiste volgorde

Vocabulary
3. Woordjes vertalen (E-N / N-E)
4. Woorden in tekst plaatsen

Grammatica
5. Werkwoorden in past simple
6. Zin vragend & ontkennend maken
Kader
Theoretisch

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het verleden tijd rijtje van 'zijn'?

Slide 7 - Open vraag

Wat is het verleden tijd rijtje van 'doen'?

Slide 8 - Open vraag

Wat is het verleden tijd rijtje van 'gaan'?

Slide 9 - Open vraag

Wat is het verleden tijd rijtje van 'beginnen'?

Slide 10 - Open vraag

Wat is het verleden tijd rijtje van 'hebben'?

Slide 11 - Open vraag

- Kijk eerst of het werkwoord in de lijst met onregelmatige werkwoorden staat!
- Zo ja: Gebruik dan het werkwoord in het 2e rijtje
- Zo nee: voeg -ed toe
(let op: soms -d / -ied)

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Je gebruikt de Past Simple als...
A
iets gebeurd is in de toekomst
B
iets iedere dag gebeurt
C
iets gebeurd is in het verleden en afgerond is
D
iets nog niet gebeurd is

Slide 14 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van go
A
gone
B
went
C
goed
D
goes

Slide 15 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van tell
A
told
B
tolded
C
telled
D
tolt

Slide 16 - Quizvraag

My sister .......... (play) the guitar last year.

Slide 17 - Open vraag

They ....... (go) home after school yesterday.

Slide 18 - Open vraag


Wat is de Past Simple van work
A
works
B
worked
C
working
D
work

Slide 19 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van help
A
helping
B
helped
C
helps
D
help'd

Slide 20 - Quizvraag


Wat is de Past Simple van study
A
studyd
B
studyied
C
studyed
D
studied

Slide 21 - Quizvraag

Past Simple - Questions 
                                                  verb 

(to be) was / were                                other

Was/were + persoon...                     Did + persoon + whole verb...
*He was nice to you.                         *He walked home yesterday.
Was he nice to you?                             Did he walk home yesterday.


                            


Slide 22 - Tekstslide

Was/were + persoon
Maak vragend: He was always very kind

Slide 23 - Open vraag

Was/were + persoon
Maak vragend: They were super happy

Slide 24 - Open vraag

Did + persoon + whole verb
Maak vragend: They worked all night

Slide 25 - Open vraag

Did + persoon + whole verb
Maak vragend: She fell down the stairs

Slide 26 - Open vraag

Did + persoon + whole verb
Maak vragend: I went to the zoo yesterday

Slide 27 - Open vraag

Past Simple - Negations
                                                  verb 

(to be) was / were                                other

Persoon + Was/were + not...          Persoon + Didn't+ whole verb...
*He was nice to you.                         *He walked home yesterday.
He wasn't  nice to you.                     He didn't walk home yesterday.


                            


Slide 28 - Tekstslide

Persoon + was/were + not
Maak ontkennend: She was happy with her gift

Slide 29 - Open vraag

Persoon + was/were + not
Maak ontkennend: We were at home yesterday

Slide 30 - Open vraag

Persoon + didn't + whole verb
Maak ontkennend: They went to the market

Slide 31 - Open vraag

Persoon + didn't + whole verb
Maak ontkennend: I walked to your house

Slide 32 - Open vraag

Persoon + didn't + whole verb
Maak ontkennend: Ella cried all night

Slide 33 - Open vraag

Slide 34 - Tekstslide

Do you feel prepared for the test?

Slide 35 - Woordweb