woensdag 2 november

Donderdag 27 oktober
km2 wiskunde maken van grafieken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Donderdag 27 oktober
km2 wiskunde maken van grafieken

Slide 1 - Tekstslide

Doelen
  • Ik kan formules met elkaar vergelijken.
  • Ik kan met een formule een tabel maken.

Slide 2 - Tekstslide

Oefen opdracht wiskunde
Wat heb je nodig:
  • pen, potlood, geodriehoek
  • toets blaadje (wordt uitgedeeld)
  • rekenmachine

Pak dit nu voor je.

Slide 3 - Tekstslide

Oefen opdracht wiskunde
Wat ga je doen:
  • De opdracht maken
  • Werk netjes (wordt beoordeeld)
  • Laat zien wat je wel kunt
  • lever het in


Slide 4 - Tekstslide

Bekijk de formule:

B = 3a + 6

Bereken wat B wordt als je voor de a een waarde van 9 invult.

Laat je berekening zien!
Maak vier stappen en iedere stap vervang je een ding in de berekening.

Stap 1 Noteer de formule

Stap 2 vervang de letter achter de = door een getal

Stap 3 vervang de keersom door het antwoord van de keersom

Stap 4 vervang de plussom door het antwoord van de plussom

Slide 5 - Tekstslide

Wat is het antwoord op de vraag. Noteer alleen het getal

Slide 6 - Open vraag

Oefenvraag 2

Bekijk de drie formules:
Formule 1: B = 6+a×10
Formule 2: B = a×6+10
Formule 3: B = a×10+6
Van de formules zijn er twee hetzelfde en een is anders.

Ga bewijzen welke formules hetzelfde zijn.






Slide 7 - Tekstslide

Oefenvraag 2
Om te bewijzen dat de formules hetzelfde zijn, moet je een getal kiezen om in de formule in te vullen.

Afspraken zijn: 
  • Je mag niet het getal 0 gebruiken.
  • Je mag niet het getal 1 gebruiken.

Slide 8 - Tekstslide

Oefenvraag 2

Bekijk de drie formules:
Formule 1: B = 6+a×10
Formule 2: B = a×6+10
Formule 3: B = a×10+6

Gebruik nu het getal 2 om in te vullen voor de letter a

Maak nu de drie berekeningen op je kladpapier (denk aan de vier stappen)





Slide 9 - Tekstslide

Wat is je antwoord als je 2 invult voor a bij de formule B = 6+a×10

Slide 10 - Open vraag

Wat is je antwoord als je 2 invult voor a bij de formule B = a×6+10

Slide 11 - Open vraag

Wat is je antwoord als je 2 invult voor a bij de formule B = a×10+6

Slide 12 - Open vraag

Oefen opdracht wiskunde

Een schilder krijgt 12 euro voor ieder uur die hij werkt.
Voor de klus wordt hij ook voor het rijden naar de klus (en terug naar huis) betaald, dat is een totaal bedrag en dit is 50 euro.


Maak de tabel af

De formule is: L = 12 *u + 50


X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L

Slide 13 - Tekstslide

Oefen opdracht wiskunde

Een schilder krijgt 12 euro voor ieder uur die hij werkt.
Voor de klus wordt hij ook voor het rijden naar de klus (en terug naar huis) betaald, dat is een totaal bedrag en dit is 50 euro.


Maak de tabel af

De formule is: L = 12 * u + 50

(dit is het antwoord)
X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L
50
62
74
86
98
110

Slide 14 - Tekstslide

Oefen opdracht wiskunde
Wat valt op?

De formule is: L = 12 * a + 50


Welk getal staat er achter de +?
Wat is de uitkomst als je 0 invult voor de letter a?
Wat valt je hieraan op?

Welke waarde komt er steeds bij (als je naar het loon kijkt).
Welk getal staat er voor de u in de formule?
Wat valt je hieraan op?
X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L
50
62
74
86
98
110
X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L

Slide 15 - Tekstslide

Oefen opdracht wiskunde
Maak een grafiek


Gebruik de tabel.
Gebruik een zaagtand.

Welke rij komt op de X-as?
Welke rij komt op de Y-as?
Hoe groot is de zaagtand?
X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L
50
62
74
86
98
110
X: het aantal uur
u
0
1
2
3
4
5
Y: het loon
L

Slide 16 - Tekstslide

Nog een vraag
Maak gebruik van wat je net hebt geleerd.
Vul dan de tabel in (je hoeft nu geen berekening te maken)
Formule B = 5*a + 75


X: a
0
1
2
3
4
5
Y: B

Slide 17 - Tekstslide

Nog een vraag
Maak gebruik van wat je net hebt geleerd.
Vul dan de tabel in (je hoeft nu geen berekening te maken)
Formule B = 5*a + 75


X: a
0
1
2
3
4
5
Y: B
75

Slide 18 - Tekstslide

Nog een vraag
Maak gebruik van wat je net hebt geleerd.
Vul dan de tabel in (je hoeft nu geen berekening te maken)
Formule B = 5*a + 75


X: a
0
1
2
3
4
5
Y: B
75
80
85
90
95
100
Iedere stap komt er 5 bij

Slide 19 - Tekstslide

Einde van de les
Je krijgt de wiskunde vraag terug met tips om het te verbeteren. Ga dit verbeteren voor de volgende les.



Education is what remains after one has forgotten what one has learned in school

Slide 20 - Tekstslide