Wegwijs in de verkiezingen

Aan welke voorwaarden moet je voldoen om te stemmen?
Vul aan cursus blz 11


1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
PAVSecundair onderwijs

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Aan welke voorwaarden moet je voldoen om te stemmen?
Vul aan cursus blz 11


Slide 1 - Tekstslide

Welke voorwaarde klopt niet?
A
Meerderjarig, Belg (16 jaar Europese verkiezingen).
B
Nationaliteit Europese Unie? Stemmen voor Europa en gemeente.
C
Niet EU-burger, wie 5 jaar of langer in België verblijft.
D
10 euro betalen

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een kenmerk van democratie?
A
op onregelmatige tijdstippen georganiseerd
B
mensen kiezen het bestuur
C
je kan maar stemmen op 1 partij
D
wie zijn diploma behaalde mag stemmen

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Link

Hoe moet je stemmen? blz 11
Wanneer krijg je oproepingsbrief?

Hoe krijg je die?

Slide 5 - Tekstslide

Vul aan in je cursus blz 12
Waar stemmen?


Wanneer, welk uur stemmen?

Slide 6 - Tekstslide

Waar?
  • adres stemlokaal
  • nummer stembureau

Wanneer?
  • datum bvb 9 juni
  • elektronisch stemmen van 8u tot 16u
  • stemmen op papier van 8u tot 14u

Slide 7 - Tekstslide

Vul aan cursus blz 12 voor jou gemeente!

Slide 8 - Tekstslide

Waarvoor stem je? blz 12 cursus
  • Vul de tabel aan blz 13
  • noteer de 10 provincies
  • noteer de 10 hoofdsteden

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Voor wie stem je? blz 14
  • Stemtest - De Morgen
  • Stemtest - VRT
  • Jongerenstemtest

Scan QR-code en vul de vragen in.

Opdracht D blz 26 

Slide 14 - Tekstslide

De Europese Unie

Slide 15 - Tekstslide

De Europese Unie
  • Unieke economische en politieke unie
  • 27 Europese landen.
  •  Zij werken samen om het leven van de mensen in Europa en zelfs daarbuiten te verbeteren.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Plan om de vrede te bewaren

  • Schuman 
  • Na WO 2 : 9 mei 1950 
  • Landen moeten beter samenwerken 
  • Vooral Frankrijk en Duitsland 
  • Belangrijke grondstoffen (kool en staal voor wapens) 

Slide 18 - Tekstslide

Europese Gemeenschap van Kolen en Staal (EGKS)

  • 18 april 1951 
  • Frankrijk, Duitsland, Italië, België, Nederland, Luxemburg
  • Het ontstaan van de Europese Gemeenschap van Kolen en Staal (EGKS)

Slide 19 - Tekstslide

De Europese hoofdstad

Slide 20 - Tekstslide

Waarom Brussel? 

  • België bij de eerste 6 landen EGKS
  • Een hoofdstad in Frankrijk of Duitsland was gevoelig door WO
  • 3-talig Frans, Nederlands en Duits 
  • Brussel ligt centraal in de EU

Slide 21 - Tekstslide

Europese ID 
  • menselijke waardigheid
  • vrijheid
  • democratie
  • gelijkheid
  • rechtsstaat
  • mensenrechten
  • Vrije markt

Slide 22 - Tekstslide

Hoe werkt EU?
In EU-verdragen is bepaald wie op welke gebieden wetten mag maken:

  • Europese unie
  • Nationale regeringen
  • beide

Slide 23 - Tekstslide

Europees parlement
  • Straatsburg en Brussel
  • Belangen van de EU burgers
  • Elke lidstaat kiest een aantal leden, in verhouding tot zijn bevolking
  • Fracties 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Wie betaalt dat?
  • Douanerechten
  • Bijdragen op basis van de belasting over de toegevoegde waarde (btw)
  •  Rechtstreekse bijdragen van EU-landen. 
  • Sinds 2021: heffing op niet-gerecycleerd plastic


Slide 26 - Tekstslide

Directe impact op jouw leven 
  • Sociale media: Mogelijkheid om algoritmes uit te zetten die bepalen wat je te zien krijgt.
  • Gezondheid: de EU verbiedt reclame voor tabak 
  • Consumentenbescherming: min 2 jaar garantie op alle elektronica.
  • Opladers: binnenkort is er een universele oplader dankzij de EU
  • Online shoppen: geen extra kosten als je iets uit een andere EU-lidstaat koopt.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link