Genotsmiddelen

Genotsmiddelen
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Genotsmiddelen

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Welk middel hoort bij een sigaret?
A
Theïne
B
Nicotine
C
Alcohol
D
Cafeïne

Slide 3 - Quizvraag

Welke middel hoort bij koffie
A
Theïne
B
Nicotine
C
Alcohol
D
Cafeïne

Slide 4 - Quizvraag

Sommige opwekkende middelen kunnen tot uitputting leiden
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quizvraag

LSD kan leiden tot zorgeloos gedrag
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Welk middel hoort bij Bacardi
A
Nicotine
B
Water
C
Drugs
D
Alcohol

Slide 7 - Quizvraag

Welke drug kan bij veelvuldig gebruik leiden tot tintelingen en gevoelloosheid.
A
Alcohol
B
GHB
C
Lachgas
D
Paddo's

Slide 8 - Quizvraag

Filmpje bekijken
Wat doet alcohol met Eva en wat met Filemon?

https://maken.wikiwijs.nl/73600/Genotmiddelen__vmbo_b34#!page-1802815 

Slide 9 - Tekstslide

Bekijk het filmpje over blowen

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Bespreek de volgende stellingen in groepen van 2
- Ik vind dat ik best met blowers om kan gaan zonder zelf te gaan blowen.
- Een blowtje is minder schadelijk dan alcohol.
- Ik vind dat je nooit moet beginnen met welke drugs dan ook.
- Als mijn ouders merken dat ik drugs gebruik, zetten ze me het huis uit.
- Ik vind in het weekend blowen oké.
Blowen maakt dom, blijkt uit onderzoek.
Per stelling:
Zijn jullie het met de stelling eens of oneens?
Leg uit waarom jullie het eens zijn of oneens.
Bespreek de opdracht na in de klas.






Ik vind dat je nooit moet beginnen met welke drugs dan ook.
Als mijn ouders merken dat ik drugs gebruik, zetten ze me het huis uit.
Ik vind in het weekend blowen oké.
Blowen maakt dom, blijkt uit onderzoek.
Per stelling:
Zijn jullie het met de stelling eens of oneens?
Leg uit waarom jullie het eens zijn of oneens.


Slide 12 - Tekstslide