grammatica en schrijfvaardigheid

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

grammatica en schrijfvaardigheid

Present tenses 

writing recap

Writing another letter

Welke hieronder is de present simple?

1. I walk to school
2. I am walking to school
3. I walked to school
4. I have walked to school

Present simple

Voor feiten, gewoontes, en dingen die regelmatig gebeuren.

korte vorm 

I walk to school

He walks to school(shit-regel)
Shit regel = alleen bij he, she and it, komt een S achter het werkwoord

Gebruik de present simple om deze zin te vertalen
"Henry vergeet zijn huiswerk iedere week"

Gebruik de present simple om de zin te vertalen.
"Ik eet iedere dag een appel".

Welke van deze antwoorden is de present continuous?

1. I walk to school
2. I walked to school
3. I have walked to school
4. I am walking to school

Present continous

Iets wat gaande is + ergernis uit te spreken

ww zijn + ww -ing vorm

I am walking

She is walking

They are walking

gebruik de present continuous om de zin te vertalen.
"Zij klaagt altijd over alles"

Gebruik de present continuous om de zin te vertalen.
"Wij zwemmen in de zee".

eigen adres+ datum + aanhef
1. ik hoop dat het goed gaat met je.
2. Ik heb gister jouw kado ontvangen voor mijn verjaardag.
3. Ik ben heel erg blij met Fifa 23, dankjewel.
4. Mijn favoriete speler is .... omdat ....
5. Ik hoop dat je snel weer eens langs komt.
6. eindig brief

Persoonlijke brief

eigen adres+ datum + aanhef

1. ik hoop dat het goed gaat met je.

2. Ik heb gister jouw kado ontvangen voor mijn verjaardag.

3. Ik ben heel erg blij met Fifa 23, dankjewel.

4. Mijn favoriete speler is .... omdat ....

5. Ik hoop dat je snel weer eens langs komt.

6. eindig brief

Schrijf deze email: eigen adres+ datum + aanhef
1. ik hoop dat het goed gaat met je.
2. Ik heb gister jouw kado ontvangen voor mijn verjaardag.
3. Ik ben heel erg blij met Fifa 23, dankjewel.
4. Mijn favoriete speler is .... omdat ....
5. Ik hoop dat je snel weer eens langs komt.
6. eindig brief

Wat betekent "proofread"?

1. nalezen
2. nalezen en fouten corrigeren
3. proeflezen
4. de toets lezen