NM 4.1 Bevolkingsgroei en 4.2 regionale verschillen

Bevolking en ruimte
SE2: 
Bevolking en ruimte H4 t/m 6 + casus

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Bevolking en ruimte
SE2: 
Bevolking en ruimte H4 t/m 6 + casus

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Vandaag: Bevolkinsgroei NL en regionale verschillen
Aan het eind van de les:
  • Je kunt sociale en natuurlijke bevolkingsgroei berekenen door gebruik te maken van sterfte-, geboortecijfer, emigratie en immigratie
  • Je kunt uitleggen wat ontgroening en vergrijzing is
  • Je kent verschillende groepen die naar Nederland migreren of emigreren
  • je weet het verschil tussen krimp en groeigebieden
  • je kunt uitleggen wat de gevolgen zijn voor de ruimte in groei en krimpgebieden
  • je begrijpt de begrippen: reikwijdte, drempelwaarde en verzorgingsgebied


Slide 3 - Tekstslide

bevolkingsgroei
Natuurlijke en sociale bevolkingsgroei
Natuurlijke bevolkingsgroei = geboortecijfer - sterftecijfer
geboortecijfer wil zeggen het aantal geboortes per 1.000 inwoners

sociale bevolkingsgroei = immigratie - emigratie
immigratie: het aantal mensen dat naar Nederland toe komt
emigratie: het aantal mensen dat Nederland verlaat

Bevolkingsgroei = natuurlijke + sociale bevolkingsgroei

Slide 4 - Tekstslide

Bekijk de afbeelding Wat is juist?
Nederland had ...
A
een negatieve natuurlijke bevolkingsgroei en een negatieve sociale bevolkingsgroei
B
een negatieve natuurlijke bevolkingsgroei en een positieve sociale bevolkingsgroei
C
een positieve natuurlijke bevolkingsgroei en een negatieve sociale bevolkingsgroei
D
een positieve natuurlijke bevolkingsgroei en een positieve sociale bevolkingsgroei

Slide 5 - Quizvraag

van jong naar oud
https://www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboard-bevolking/bevolkingsteller   

Sinds de jaren '50 heeft Nederland altijd een geboorteoverschot. 
In 1950 kregen vrouwen 4 kinderen, in 2018 gemiddeld 1,7 kinderen per vrouw, het gemiddeld kindertal per vrouw was 1,6 in 2021
Gevolg: vergrijzing en ontgroening

vergrijzing: toename van het aantal ouderen
 ontgroening: het aandeel jonge mensen is sterk afgenomen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

reden vergrijzing en ontgroening
reden vergrijzing
1. Geboortegolf na WO2
2. Versterkt door gestegen levensverwachting: mensen worden ouder

reden van ontgroening
1. gebruik van voorbehoedsmiddelen
2. rol van de vrouw in de samenleving (studie en carriere)
3. afgenomen zekerheid (koophuis en vaste baan)

Slide 8 - Tekstslide

leeftijdsdiagram / bevolkingspiramide
verdeling van de bevolking over verschillende leeftijdsklassen

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Link

Geef twee reden waarom het geboortecijfer in Nederland vanaf de jaren '60 daalt.

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Emigratie in jaren '50 en '60
veel Nederlanders vertrekken naar Canada, VS, Australië en Nieuw-Zeeland
Regering stimuleert dit door sterke bevolkingsgroei

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Nederland: immigratieland
4 groepen immigranten
1. Gastarbeiders
  • Vanaf 1965: Marokkanen en Turken
  • veel werk, weinig arbeiders voor zwaar werk
  • eerst tijdelijk maar veel gastarbeiders bleven
2. inwoners van voormalige koloniën:
Surinamers, Indonesiërs, Antillianen


Slide 15 - Tekstslide

Nederland: immigratieland
3. politieke vluchtelingen:
  • veiligheid in eigen land in gevaar
  • Irakezen, Syriërs

4. Inwoners uit andere EU-lidstaten
vooral uit Oost-Europa
Seizoensmigratie: helpen met de oogst in de lente, daarna terug naar eigen land

Het aantal migranten wordt groter door de komst van nieuwe vluchtelingen en gezinsherening

Slide 16 - Tekstslide

Toekomst
Nederlandse bevolking groeit tot 2060. Waarom?
Lager geboortecijfer toch geboorteoverschot tot 2037
Komst van nieuw migranten

Slide 17 - Tekstslide

In 2016 kwamen veel migranten naar Duitsland die daar asiel aanvroegen. Na een periode van hoge immigratie komt er vaak een twee stroom migranten, die het gevolg is van deze migratie. Noem een aardrijkskundig begrip voor deze tweede stroom migranten

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Video

Regionale verschillen
  • Groeigebieden: gebieden waar de bevolking toeneemt
Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht
waarom zijn steden populair? veel werkgelegenheid, studie, voorzieningen als uitgaansgelegenheid, sportverenigingen
  • Krimpgebieden: gebieden waar de bevolking afneemt
waarom krimpen regio's? migratie naar stad
de samenstelling van bevolking verandert: vergrijzing en ontgroening

Slide 20 - Tekstslide

sleep de begrippen naar de juist plek in de kaart
Krimpgebied
groeigebied

Slide 21 - Sleepvraag

Krimpgebied: voorzieningen
Afname van het aantal voorziening
reden: bevolkingsafname

verzorgingsgebied= het gebied waar de klanten van een voorziening vandaan komen
drempelwaarde= minimumaantal klanten dat een voorziening nodig heeft om te kunnen bestaan


Slide 22 - Tekstslide

reikwijdte
Voorzieningen verdwijnen ook uit een dorp door te toegenomen reikwijdte
Reikwijdte = de maximale afstand die mensen willen afleggen om van een voorziening gebruik te maken
reden: autobezit, stad

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Anloo is een drop van de gemeente Aa en Hunze. Welke verband bestaat er tussen de bevolkingsdichtheid en de nabijheid van de voorziening?

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Video