FOCUS 3 Hoe maak je goederen klaar voor presentatie en verkoop in de winkel?
Wat ga je leren?
Hoe pak je artikelen om?
Hoe beveilig je artikelen tegen diefstal?
Hoe prijs je artikelen?
Welke wetgeving moet je volgen bij het prijzen van artikelen?
Wat beteken de milieulogo's op artikelen?
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieSecundair onderwijs
In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Wat ga je leren?
Hoe pak je artikelen om?
Hoe beveilig je artikelen tegen diefstal?
Hoe prijs je artikelen?
Welke wetgeving moet je volgen bij het prijzen van artikelen?
Wat beteken de milieulogo's op artikelen?
Slide 1 - Tekstslide
Hoe maak ik goederen klaar voor presentatie en verkoop in de winkel?
Slide 2 - Tekstslide
3.1. Hoe pak je artikel om?
Slide 3 - Tekstslide
Wat is ompakken?
Omverpakking = verpakking waarin meerdere gelijke artikelen inzitten.
Traypacken = Verwijder je niet hele verpakking maar een deel
Beugelen = Denk aan kleding die uit de verpakking wordt gehaald en vervolgens aan een hanger wordt gehangen
Per stuk ompakken = Alle artikelen worden uit de omverpakking gehaald en worden los in het schap gezet
Slide 4 - Tekstslide
Omverpakking
De artikelen zitten vaak nog in een verpakking. Dat is de omverpakking. In de
winkel haal je eerst de
artikelen uit de
omverpakking. Dit heet
ompakken.
Slide 5 - Tekstslide
Traypacken
Je haalt een deel van de verpakking weg.
De artikelen blijven dus wel ergens in zitten.
Het deel dat overblijft, zet je met de artikelen in de winkel.
Dit deel heet een tray.
Slide 6 - Tekstslide
Beugelen
De kleding komt in dozen of in plastic aan rekken binnen.
Bij beugelen hang je de kleding netjes op een hanger aan het rek, zonder verpakking.
Slide 7 - Tekstslide
Per stuk ompakken
Je haalt de artikelen uit de omverpakking en zet ze los in een schap of rek. Veel artikelen pak je per stuk om. Zo kan de klant het artikel ook per stuk pakken en kopen.
Slide 8 - Tekstslide
Wat is traypacken?
A
Het ophangen van kleding aan rekken
B
Verwijder je niet de hele verpakking maar een deel
C
Alle artikelen uit de omverpakking halen en wordt vervolgens los in het schap gezet
Slide 9 - Quizvraag
Traypacken
Beugelen
Per stuk ompakken
Slide 10 - Sleepvraag
In welke omverpakking zitten boeken?
Slide 11 - Open vraag
Welke manier van ompakken is hier gebruikt?
Slide 12 - Open vraag
Welke manier van ompakken is hier gebruikt?
Slide 13 - Open vraag
Welke manier van ompakken is hier gebruikt?
Slide 14 - Open vraag
Cursus p. 77 - 79 per 2 invullen
Slide 15 - Tekstslide
3.2 Welke diefstalbeveiliging breng je op artikelen aan?
Slide 16 - Tekstslide
VOORKOM DIEFSTAL
1. Organisatorische maatregelen (regels en afspraken)
* Alleen personeel in het magazijn
* Gebruik sleutels door medewerkers
* Deur op slot als er geen medewerkers in de buurt zijn
* Controle jassen, tassen, kastjes van personeel (steekproef)
Slide 17 - Tekstslide
VOORKOM DIEFSTAL
2. Technische maatregelen
* Artikelbeveiliging
* Kluis met tijdslot
* Beveiligingscamera's
* Anti-diefstalsloten
Slide 18 - Tekstslide
Etiket en beveiligen
Een etiket plak je op het artikel voordat je het in de winkel zet. Sommige artikelen krijgen ook nog een beveiligingstag.
Dit beschermt het artikel tegen diefstal.
Slide 19 - Tekstslide
Wat denk je dat beter werkt?
A
Bordje met alle spullen zijn beveiligd.
B
Personeel dat goed oplet en iedereen hallo zegt.
Slide 20 - Quizvraag
Cursus p. 81 - 84 invullen
Groep 1: starter 1
Groep 2: starter 2
Groep 3: action 1
Slide 21 - Tekstslide
3.3. Hoe prijs je artikelen?
Slide 22 - Tekstslide
Prijs
Prijzen = verplicht! Een winkelier moet altijd een artikel prijzen
Waarom hebben artikelen een prijs?
Manier: prijsetiketten (met een prijstang) &
Kimballkaartje (kaartje aan de kleding)
Slide 23 - Tekstslide
Prijzen
Je moet artikelen een prijs geven voor je ze in de winkel zet. Dat staat in de wet. Dit heet prijzen van artikelen. Een klant moet altijd kunnen zien wat een artikel kost. En de klant kan de verschillende prijzen met elkaar vergelijken.
De prijs van een artikel zit niet altijd op het artikel zelf. Het kan bijvoorbeeld ook op het schap, op een prijskaartje of op een prijslijst staan.
Slide 24 - Tekstslide
Etiket
Na het ompakken ben je dus nog niet klaar. Je zet artikelen pas in de winkel als ze een duidelijk etiket hebben.
Een etiket met daarop de prijs, maar soms ook nog andere informatie.
Andere informatie kan zijn:
- Wat zit er in? Waarvan is het gemaakt?
- De maat
Slide 25 - Tekstslide
Manieren van prijzen
Prijzen met een prijstang. Je plakt met de prijstang prijsstickers op een artikel. Dit gaat simpel en snel. De stickers zitten goed vast, zodat de klant ze er niet makkelijk afhaalt. Soms is dat een nadeel. Bijvoorbeeld als het een cadeau is.
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Video
Ridderspoortang
Prijzen met een ridderspoortang.
Je maakt met een ridderspoortang kaartjes netjes vast aan kleding.
De tang schiet een plastic draadje (ridderspoor) door het prijskaartje en de kleding.
Slide 28 - Tekstslide
Prijzen door de fabrikant
Vaak is de prijs verwerkt in een streepjescode. Dit is een unieke code met streepjes en cijfers. Deze zet de fabrikant op een artikel. Een andere naam voor streepjescode is
barcode of EAN-code.
EAN staat voor Europese Artikelnummering.
De code bestaat uit streepjes met daaronder 13 cijfers. De kassa leest deze streepjes automatisch.
Slide 29 - Tekstslide
Met de streepjescode gaat afrekenen bij de kassa snel en makkelijk. In de code staat de prijs van het artikel.
De kassa lees elke prijs automatisch. En telt ze bij elkaar op. Is de streepjescode niet goed leesbaar, dan gaat het mis. De kassamedewerker moet de streepjescode met de hand intikken op de kassa.
Slide 30 - Tekstslide
1
234 567
89012
8
Land van herkomst
Leverancier
artikelcode
controlegetal
Slide 31 - Sleepvraag
Slide 32 - Video
PLU- code
Sommige computerkassa's werken met PLU-codes.
PLU = Price look up
De caissière voert de cijfers in de kassa in en de computer zoekt de gegevens erbij.
Soms staan de codes niet op het product maar moet de caissière ze uit het hoofd kennen.
Slide 33 - Tekstslide
Een PLU-code = een price look up code.
A
juist
B
onjuist
Slide 34 - Quizvraag
Welke winkel werkt er denk je met PLU-codes?
A
Een slager
B
De mediamarkt
C
De Kruidvat
D
Action
Slide 35 - Quizvraag
Cursus p. 88-91 invullen
Slide 36 - Tekstslide
3.4 Welke wetgeving moet je volgen bij het prijzen van de artikelen?
Slide 37 - Tekstslide
Cursus p. 94-95 klassikaal overlopen
Slide 38 - Tekstslide
TAAK: cursus p. 96
Slide 39 - Tekstslide
3.5 Milieulogo's
Slide 40 - Tekstslide
EU Ecolabel
Het Europese milieulogo.
Betekent ongeveer hetzelfde als het Nederlandse milieulogo.
Vind je op bijv. wasmachines, keukenrollen, wc papier etc.
Slide 41 - Tekstslide
Biologisch geteeld
Ecologische voeding
- geen chemische bestrijdingsmiddelen
- zuinige omgang met energie en grondstoffen
- Biogarantiekeurmerk
- Er is ook een Europees biolabel
Slide 42 - Tekstslide
Eerlijke handel
Ingrediënten uit eerlijke handel,
producenten krijgen eerlijke prijs
Slide 43 - Tekstslide
Groene punt
Producent levert bijdrage aan de
selectieve inzameling van verpakkings-
materiaal.
Wil dus niet zeggen dat verpakking
gerecycleerd kan worden of selectief
opgehaald zal worden.
Slide 44 - Tekstslide
Tidyman
Dit logo staat vaak op verpakkingen.
Verpakking in de prullenbak gooien en niet op straat!
Slide 45 - Tekstslide
Möbius Loop
Staat op artikelen waarvan de verpakking bestaat uit hergebruikt materiaal.