Middelen en maatregelen WZD

Middelen en maatregelen
bopz--> wet zorg en dwang
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

Middelen en maatregelen
bopz--> wet zorg en dwang

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Onvrijwillige zorg is?

Slide 6 - Woordweb

voorbeelden van onvrijwillige zorg binnen jouw werk?

Slide 7 - Open vraag

Onvrijwillige zorg?
  1. beperken van de bewegingsvrijheid;
  2. insluiten;
  3. toezicht houden op de cliënt;
  4. onderzoek aan de kleding of het lichaam;
  5. onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op middelen die het gedrag beïnvloeden en op gevaarlijke voorwerpen;
  6. controleren op de aanwezigheid van middelen die het gedrag beïnvloeden;
  7. beperkingen in de vrijheid om het eigen leven in te richten, waardoor de cliënt iets moet doen of nalaten (inclusief het gebruik van communicatiemiddelen);
  8. beperkingen in het recht op het ontvangen van bezoek.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

TEST wat je al weet over WZD?

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Link

Wet zorg en dwang (Wzd)

De Wet zorg en dwang regelt de rechten van mensen met een verstandelijke beperking en mensen met een psychogeriatrische aandoening (zoals dementie) die onvrijwillige zorg krijgen. De Wzd gaat op 1 januari 2020 in.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link

Nee, tenzij

De kern van de wet is 'Nee, tenzij'. Het uitgangspunt is dat dwangmaatregelen niet thuis horen in de zorg voor ouderen en gehandicapten. Gevaarlijke situaties moeten altijd met vrijwillige zorg worden opgelost, ook bij ernstig probleemgedrag.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Wet zorg en dwang

De nieuwe wet Zorg en Dwang sluit beter aan bij de zorg voor mensen met dementie of een verstandelijke beperking, waardoor ook mensen die hun wil niet meer kunnen uiten beschermd worden. 

Slide 19 - Tekstslide

opdracht:
Wat zijn de 4 belangrijkste pijlers van de wet zorg en dwang?

Slide 20 - Tekstslide

1. Nee, tenzij… 
De Wzd regelt dat mensen alleen onvrijwillige zorg krijgen als het echt niet anders kan. Dit mag alleen als er anders ernstig nadeel is. Bijvoorbeeld omdat je naaste zichzelf erg verwaarloost. Of omdat ze een gevaar is voor zichzelf of de omgeving.

Slide 21 - Tekstslide

Ernstig nadeel: gevaar voor anderen of henzelf
• levensgevaar voor de cliënt of iemand anders;
• ernstig lichamelijk letsel voor de cliënt of iemand anders;
• ernstige psychische, materiële, immateriële of financiële schade voor de cliënt of iemand anders;
• ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang van de cliënt of iemand anders;
• ernstig verstoorde ontwikkeling van de cliënt of iemand anders;
• bedreiging van de veiligheid van de cliënt bijvoorbeeld doordat hij onder invloed van een ander
raakt;
• hinderlijk gedrag van de cliënt dat agressie van anderen oproept;
• gevaar voor de algemene veiligheid van personen of goederen.

Slide 22 - Tekstslide

2. Stappenplan 
De zorgverantwoordelijke (bijvoorbeeld een wijkverpleegkundige) moet een stappenplan volgen wanneer zij onvrijwillige zorg wil leveren. Het stappenplan regelt dat er naar andere oplossingen gezocht wordt. Er mag alleen onvrijwillige zorg worden gegeven als het echt niet anders kan. De onvrijwillige zorg moet eerst na drie maanden en daarna na zes maanden opnieuw bekeken worden. Hier moet een deskundige bij worden betrokken, de zogenaamde Wzd-functionaris.

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link

3. Wzd-functionaris 
Bij de evaluatie na zes maanden moet er een externe Wzd-functionaris betrokken zijn. De Wzd-functionaris kan een arts zijn, maar ook een GZ-psycholoog of orthopedagoog. ‘Extern’ betekent dat de functionaris werkt bij een andere organisatie. Hij werkt niet bij de organisatie waar je naaste zorg krijgt. De Wzd-functionaris is te vergelijken met de oude BOPZ-arts. Hij/zij beoordeelt het zorgplan en let erop dat er zo min mogelijk onvrijwillige zorg wordt gegeven.

Slide 27 - Tekstslide

4. Cliëntenvertrouwenspersoon (CVP) 
De cliëntenvertrouwenspersoon (CVP) is een nieuwe functie binnen de Wzd. Willen zorgverleners zorg geven waarmee je naaste of jij als wettelijk vertegenwoordiger het niet eens zijn? En kom je er niet uit met de zorgverlener? Dan kun je dit bespreken met de cliëntvertrouwenspersoon (cvp). Elke zorgorganisatie heeft een cvp. De cvp is onafhankelijk, want hij werkt niet bij de zorgorganisatie.

Slide 28 - Tekstslide

Wat zijn de redenen van de inzet van deze pijlers?

Slide 29 - Open vraag

redenen inspectie tot standkoming WZD :
  • Terugdringen van onvrijwillige zorg: ‘Nee, tenzij ….’ . Dwang moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Een goede analyse, multidisciplinaire besluitvorming, het zoeken naar alternatieven en evaluatie zijn onderdelen van dit proces;

  • De juiste zorg op de juiste plaats. Door de maatschappelijke ontwikkeling dat cliënten zo lang mogelijk thuis moeten blijven, ontstaat het risico dat de zorg soms te laat komt of de benodigde kwaliteit niet beschikbaar is;

  • Deskundigheisbevordering. Het verhogen van de kwaliteit van onvrijwillige zorg door voldoende en deskundig personeel. Deskundigheidsbevordering met betrekking tot kennis en vaardigheden van zorgverleners en behandelaren is een belangrijk aandachtspunt;

  • Aandacht voor en het versterken van de rechtspositie van cliënten. Cliënten die te maken krijgen met onvrijwillige zorg, moeten weten wat hun rechten zijn, hoe ze ondersteuning kunnen krijgen en waar ze een eventuele klacht kunnen indienen.

Slide 30 - Tekstslide

Tips om mee te nemen in het team:

- bespreek stripverhaal
- WZD casus checker
- scholing aanvragen (zie volgende dia)
- DVD bekijken en bespreken in intervisie (zie dia)

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Link

Slide 33 - Link