Hoofdstuk 9 Ziek zijn en behandelen

H9 ziek zijn en behandeling 
1 / 55
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 55 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 150 min

Onderdelen in deze les

H9 ziek zijn en behandeling 

Slide 1 - Tekstslide

Planning vandaag
2e uur: Theorie H9 (pittig hoofdstuk)

Pauze

3e/4e uur verwerking informatie H8 en H9 doormiddel van een kwartet maken

Slide 2 - Tekstslide

Inleiding
Binnen zorg en welzijn krijg je te maken met,
kinderen, jongeren en volwassenen die ziek zijn of minder weerstand hebben.
   
Minder weerstand kan ontstaan door een chronische ziekte.


Slide 3 - Tekstslide

Inleiding
Chronische ziekte = een ziekte die lange tijd voortduurt en niet meer beter wordt.
Voorbeelden van chronische ziektes zijn:
hart- en vaatziekte                     een longaandoening
kanker                                               diabetes mellitus
ziekte van alzheimer


Slide 4 - Tekstslide

Doelstellingen H9
Aan het eind van het hoofdstuk weet je meer over:
wat diagnose, besmetting, incubatietijd, symptomen en immuniteit betekenen;
• hoe je ziekten kunt voorkomen en behandelen;
• welke soorten medicatie er zijn en hoe deze worden toegediend;
• wat voedingssupplementen zijn;
• welke technologische hulpmiddel ingezet kan worden bij geven van medicijnen.




Slide 5 - Tekstslide

Doelstellingen H9
wat verschijnselen, oorzaken en gevolgen zijn van de volgende ziekten:
kinderziekten
voedselvergiftiging
griep en covid-19
luchtwegaandoeningen, zoals astma en COPD
hart- en vaatziekten, zoals hoge bloeddruk en een beroerte
diabetes
kanker
dementie




Slide 6 - Tekstslide

Ziekte, oorzaak en behandeling

Als zorgverlener moet je voldoende weten over de oorzaken en de verschijnselen van veel voorkomende ziekten. Je moet van elke ziekte weten:

 

Slide 7 - Tekstslide

Begrippen:
Diagnose:
  • Het vaststellen van een stoornis of ziekte aan de hand van vertoonde symptomen.
Besmetting:
  • Overdracht van een ziekte op iemand anders.
Incubatietijd:
  • De tijd tussen de besmetting met een virus of bacterie en de eerste symptomen van de ziekte.
Symptomen:
  • Kenmerken, klachten en ongemakken veroorzaakt door een ziekte. Ook wel ziekteverschijnselen genoemd.

Slide 8 - Tekstslide

Kinderziekte
Een infectieziekte kan veroorzaakt worden door:



Slide 9 - Tekstslide

Rijksvaccinatieprogramma
  • Wat is een vaccinatie?
  •  Injectie met een 
    vaccin. lichaam maakt
    dan antistoffen, die je
    beschermen tegen de
    ziekte.

Slide 10 - Tekstslide

Voedselvergiftiging

Ziek doordat in je eten of drinken een ziekmakende stof zit. Bacteriën of schimmels.
Bijvoorbeeld: salmonellabacterie op kip of in ei
Symptomen kunnen zijn:
  • Misselijkheid;
  • Braken;
  • Buikpijn;
  • Diarree;
  • Koorts.


Slide 11 - Tekstslide

9.05 Wat is voedselvergiftiging?
Verschil tussen voedselvergiftiging
en voedselinfectie.

Symptomen?

Waarom moet je veel drinken?

Slide 12 - Tekstslide

Griep

Oorzaak?
  • Influenzavirus
Hoger risico op ernstig ziek worden bij griep:
  • Ouderen,
  • Mensen met een kwetsbare gezondheid.

Deze mensen kunnen jaarlijks een griepprik krijgen.
Griepprik = vaccinatie met een combinatie van griepvirussen, die voor
de komende periode worden verwacht.


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Lichaamstemperatuur meten

oraal: onder de tong, verschil tussen 3-5 graden en
             altijd 0,3 graden erbij op tellen

rectaal: meest betrouwbaar, direct de temperatuur van het lichaam

in het oor: oor thermometer, naast rectaal ook betrouwbaar

onder de oksel: 0,5 tot 0,7 graden verschil met de werkelijke temperatuur en
                                 altijd 0,5 graden eraf halen.

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag:
Maken: 9.01 t/m 9.07 (Bladzijde 169 t/m 179)
Hoe: Alleen of met zijn 2e, laptop nodig dan pak je deze.
Vraag: Eerst de vraag goed lezen, kijk met je buurvrouw/man of je eruit komt, steek anders je hand op.
Hoe lang: 30 min

Slide 18 - Tekstslide

kwartet maken H8 en H9

Slide 19 - Tekstslide

Hoe pakken we dit aan:
Met wie: 2, 3, of 4 tal, maak een goede taakverdeling (oa 1 iemand die de onderwerpen en kleuren aan mij doorgeeft)
Hoe: op de laptop, format staat klaar in de ELO opdracht, 
Nodig: Laptop en boek
Wat: Je zoekt in H8 en H9 naar  begrippen waar je een kwartet van kan maken.
Denk aan oorzaken brandwonden, soorten brandwonden, 
symptomen brandwonden 
dit zijn al 3 kwartetspellen. 
Bij ieder kwartet spel zoek je 4 onderdelen:

Slide 20 - Tekstslide

H9 ziek zijn en behandeling 

Slide 21 - Tekstslide

Planning vandaag
1e uur: Blangrijke data bespreken. Theorie deel 2 van H9.
2e uur: Afmaken opdrachten H9 t/m 9.12 blz 189. Afmaken kwartet

Pauze

3e uur: kwartet spelen, bloedruk meten en les afronden
timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide

Belangrijke Data, na de kerstvakantie!
8-1-2025 Samenvatting doornemen +laatste keer oefenen praktijktoets en PvB 
 9-1-2025 2e/3e/4e uur Praktijktoets 2 is op afroep
15-1-2025 1e/2e uur rest praktijktoets, 3e uur Theorietoets 2
22-1-2025 PvB op afroep
23-1-2025 PvB op afroep
30-1-2025 rest PvB + inhaal + afsluiting

16-1-2025 geen les en 29-1-2025 geen les

Slide 23 - Tekstslide

Doelstellingen H9 vandaag 
wat verschijnselen, oorzaken en gevolgen zijn van de volgende ziekten:
kinderziekten
voedselvergiftiging
griep en covid-19
luchtwegaandoeningen, zoals astma en COPD
hart- en vaatziekten, zoals hoge bloeddruk en een beroerte
kanker
diabetes
dementie




Slide 24 - Tekstslide

Terugkijken op vorige les
wat verschijnselen, oorzaken en gevolgen zijn van de volgende ziekten:
kinderziekten
voedselvergiftiging
griep en covid-19
luchtwegaandoeningen, zoals astma en COPD
hart- en vaatziekten, zoals hoge bloeddruk en een beroerte
diabetes
kanker
dementie




Slide 25 - Tekstslide

Luchtwegaandoening
De longen zijn de belangrijkste organen van het ademhalingsstelsel.
Een aandoening aan de longen kan levensbedreigend zijn.


Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

9.08 blz 180 derdehands rook

Slide 28 - Tekstslide

Hart en vaatziekten  
Een verzamelnaam voor alle aandoeningen aan het hart en/of de bloedvaten, zoals:
  • Hoge bloeddruk = Bloedvaten worden stugger en minder elastisch, ongezonde leefstijl, obesitas. 
  • Beroerte = iets mis in de hersenen, deel krijgt geen zuurstof meer.

Groter risico op hart- en vaatziekten door:
  • Roken;
  • Stress;
  • Hoge Bloeddruk;
  • Obesitas = overgewicht, zwaarlijvigheid


Slide 29 - Tekstslide

Hoge bloeddruk

Bloeddruk = de druk in de bloedvaten.
Hoge bloeddruk (hypertensie) = bloeddruk is 140/90 of hoger.
Oorzaken kunnen zijn;
  • Ongezonde leefstijl 
  • Erfelijkheid 
  • Nierziekte 
  • Medicijnen 
  • Drop of ander zout voedsel


Slide 30 - Tekstslide

Beroerte = CVA

Beroerte = een verzamelnaam voor verschillende problemen met de bloedvoorziening van de hersenen.

Ook CVA genoemd = Cerebro Vasculair Accident = een ‘ongeluk in de bloedvaten van de hersenen’.

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Herseninfarct + hersenbloeding
Bij een TIA is een bloedvat in de hersenen maar even dicht. Het is vaak een waarschuwing. 
Herseninfarct                                                      Hersenbloeding

Slide 33 - Tekstslide

Of te wel er zijn 3 vormen

1. TIA: tijdelijk tekort aan zuurstof in de hersenen door bloedstolsel dat weer snel oplost

2. Herseninfarct: ader raakt verstopt door bloedstolsel waardoor een deel van de hersenen geen zuurstof krijgt

3.Hersenbloeding: een lek in een hersenbloedvat


Slide 34 - Tekstslide

Symptomen

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht 9.11 blz 188
Beschrijf de kenmerken
van een TIA, Hersen-
infarct en Hersen-
bloeding.

Slide 36 - Tekstslide

Kanker
Kanker = een verzamelnaam voor meer dan honderd ziektes.

Kanker ontstaat doordat er tijdens celdelingen in het lichaam iets mis gaat. Deze gaat dan ongecontroleerd delen.

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

Zelfstandig aan de slag:
Maken: 9.07 t/m 9.12 (Bladzijde 180 t/m 189)
Hoe: Alleen of met zijn 2e, laptop nodig dan pak je deze.
Vraag: Eerst de vraag goed lezen, kijk met je buurvrouw/man of je eruit komt, steek anders je hand op.
Hoe lang: tot 9:45 
timer
15:00

Slide 39 - Tekstslide

H9 ziek zijn en behandeling 

Slide 40 - Tekstslide

Planning vandaag
2e uur: Theorie deel 3 van H9 (laatste deel H9!)

Pauze

3e uur/4e uur: Afmaken opdrachten H9 t/m 9.20 blz 201 (met een koekje) Starten met maken van placemat en mindmap op A3 papier. Einde van de les de lijst voor kerstbrunch invullen.

Slide 41 - Tekstslide

Terugkijken op vorige les, 
Gisteren onderstaande aandoeningen besproken:
luchtwegaandoeningen, 
hart- en vaatziekten
kanker

Schrijf op een blaadje:
A. Benoem 3 aandoening die onder bovenstaande ziektes vallen.
B. Noteer bij 1 aandoening de oorzaak en symptomen.


Slide 42 - Tekstslide

Doelstellingen H9 vandaag 
wat verschijnselen, oorzaken en gevolgen zijn van de volgende ziekten:
kinderziekten
voedselvergiftiging
griep en covid-19
luchtwegaandoeningen, zoals astma en COPD
hart- en vaatziekten, zoals hoge bloeddruk en een beroerte
kanker
diabetes
dementie

medicijnen/voedingssupplement




Slide 43 - Tekstslide

Diabetes mellitus  
Diabetes = een ziekte die te maken heeft met de hoeveelheid suiker in je bloed.

Deze is de ene keer te veel en de andere keer te weinig:
Te hoge bloedsuiker (hyperglykemie)
Te lage bloedsuiker (hypoglykemie)

Slide 44 - Tekstslide

Diabetes type 1: je lichaam produceert geen of veel te weinig insuline. Dat komt doordat het afweersysteem in het lichaam de cellen in de alvleesklier vernietigd (jonge leeftijd, insuline)

Diabetes type 2: je lichaam heeft te weinig insuline en reageert ook niet meer goed op insuline: dat heet ongevoeligheid voor insuline (ouderdom, tabletten)

Slide 45 - Tekstslide

Opdracht 9.13 blz 190

Slide 46 - Tekstslide

Dementie 
Dementie = een verzamelnaam voor meer dan vijftig ziektes.
Bijvoorbeeld; 
ziekte van Alzheimer = een ongeneeslijke hersenziekte, waarbij de cellen in delen van de hersenen niet meer functioneren en afsterven.

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Medicijnen

Er bestaan veel verschillende soorten medicijnen en toedieningsvormen.

Slide 49 - Tekstslide

Voedingssupplementen

Voedingsmiddel = een aanvulling is op de normale voeding.
  •  Bijvoorbeeld: multivitaminen
Redenen nemen van voedingssupplementen:
  • Herstellen van een operatie;
  • Bij ziekte;
                     -  Tekort aan ijzer in het bloed;
                     -   Zwangerschap.

ADH = algemene dagelijkse hoeveelheid



Slide 50 - Tekstslide

Vaste structuur om medicatie te controleren en te verstrekken

Slide 51 - Tekstslide

Hulpmiddel medicijnen

Medido = een automatische medicijndispenser.



De medido wordt gevuld met de 
medicijnrol die door de apotheek 
wordt verstrekt.
De medido geeft een signaal om de 
zorgvrager eraan te herinneren om 
de medicijnen in te nemen.

Slide 52 - Tekstslide

Zelfstandig aan de slag:
Maken: 9.13 t/m 9.20 (Bladzijde 189 t/m 201) veel begrippen!
Hoe: Alleen of met zijn 2e, laptop nodig dan pak je deze.
Vragen?: Eerst de vraag goed lezen, kijk met je buurvrouw/man of je eruit komt, steek anders je hand op.
Hoe lang: Na de pauze nog 15 min.

Klaar: extra begrippen oefenen online (uitgeversgroep.nl)
timer
1:00

Slide 53 - Tekstslide

Placemap en Mindmap
Met wie: In 3-4-tal                                                                 Tijd: tot 11:45
Hoe: op A3 papier 
Wat: Jullie krijgen van de docent een briefje met een onderwerp erop. Jullie  5 minuten de tijd om in je vak alles over het onderwerp dat de docent benoemt op te schrijven.
Kijk daarna samen welke punten jullie het zelfde hebben en het belangrijkste vinden. Zet deze in het midden.
Ruil daarna de placemat met een ander groepje en maak daar een mindmap/woordweb van. Gebruik je creativiteit!

timer
1:00

Slide 54 - Tekstslide

Terugkomen op de doelstellingen van H9

Slide 55 - Tekstslide