Have got

Have got
Wat betekent have got?

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Have got
Wat betekent have got?

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog van have got?

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Explanation have got
Have got betekent hebben

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hebben =
Have got / Has got
  • I have got
  • You have got
  • He has got
  • She has got
  • It has got
  • We have got
  • You have got
  • They have got

Slide 4 - Tekstslide

Begin met persoonlijke voornaamwoorden op het linkerbord doornemen.
"have got" = hebben


1 persoon
have got ...
you have got ...
he has got ...
she has got ...
it has got ...



meer personen
We have got ...
You have got ...
They have got ...

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Have / has got
Ontkennend
I haven't got. (have not got)
You haven't got. (have not got)
He / she / it hasn't got. (has not got)
we haven't got. (have not got)
You haven't got. (have not got)
They haven't got. (have not got)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraagzinnen


1 persoon
Have I got 10 euros?
Have you got 10 euros?
Has he got 10 euros?
Has she got 10 euros?
Has it got 10 euros?



meer personen
Have we got 10 euros?
Have you got 10 euros?
Have they got 10 euros?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
You have got a nice classroom
B
You has got a nice classroom.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
We have got friends in the football team
B
We has got friends in the football team

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
My English teacher have got cool posters
B
My English teacher has got cool posters

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
Have Sam got the newspaper?
B
Has Sam got the newspaper?

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Have Got of Has Got?
A
Sharon and Jess have got articles for the newspaper
B
Sharon and Jess has got articles for the newspaper

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm van 'have got' in:
They ... (not - have got) three sisters.

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm van 'have got' in:
My dad ... (not-have got) blue eyes.

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

We _____ a ticket (not - have got)

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vul de juiste vorm van 'have got' in:
This city ... (not - have got) a museum.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

We ___ a problem. (have got)

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

You ........ a present (have got)

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak van deze zin een vraag:
You have got football practice today.

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maak een vraagzin met to have got:
You have got a nice house.

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ik weet hoe ik have got moet gebruiken
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Homework
Page 60
Exc. 29, 30, 34

Study
Vocabulary lesson 3

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies