In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
De persoonsvorm
Slide 1 - Tekstslide
Wat weet je nog van de persoonsvorm?
Slide 2 - Woordweb
Bekijk de volgende zinnen:
Een pistoolgarnaal / blijkt/ bij hogere temperaturen/ steeds luidruchtiger / te worden.
Op 20 juli 1969 / landden / Amerikaanse astronauten / op de maan
Slide 3 - Tekstslide
Een pistoolgarnaal / blijkt/ bij hogere temperaturen/ steeds luidruchtiger / te worden. In welke tijd staat deze zin? Staat de zin in enkelvoud of meervoud?
Slide 4 - Open vraag
Op 20 juli 1969 / landden / Amerikaanse astronauten / op de maan. In welke tijd staat de zin? Staat de zin in het enkelvoud of meervoud?
Slide 5 - Open vraag
Persoonsvormen
De woorden BLIJKT en LANDDEN noemen we persoonsvormen
De persoonsvorm geeft het getal aan: enkelvoud of meervoud en de tijd: tegenwoordige tijd of de verleden tijd.
Soms staan er nog meer werkwoorden in de zin, maar dat zijn geen persoonsvormen
Slide 6 - Tekstslide
Hoe vind je de persoonsvorm? Welke manieren heb je geleerd?
Slide 7 - Woordweb
De tijdproef
Zet de zin in een andere tijd. Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.
In dit tijdschrift wordt een leuk artikel gepubliceerd.
In dit tijdschrift werd een leuk artikel gepubliceerd.
Slide 8 - Tekstslide
Zet de zin in een andere tijd:
De kinderen uit klas vwo 1 maken mooie interviews.
Schrijf de persoonsvorm op in een andere tijd.
Slide 9 - Open vraag
De getalsproef
Verander het getal van de zin: maak van het enkelvoud het meervoud of van het meervoud het enkelvoud.
Het werkwoord dat verandert is de persoonsvorm.
In dit tijdschrift wordt een leuk artikel gepubliceerd.
In dit tijdschrift worden leuke artikelen gepubliceerd.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.