El Pretérito Perfecto - irregular
openen =
abrir / geopend =
abiertozeggen = decir / gezegd = dicho
maken,doen = hacer / gemaakt, gedaan = hecho
terugkeren = volver / teruggekeerd = vuelto
schrijven = escribir / geschreven = escrito
zien = ver / gezien = visto
'to put' = poner / gezet, geplaatst, enz. = puesto
stukmaken = romper / stukgemaakt, stuk = roto