HAVO 4 Leefomgeving wateroverlast par. 1 t/m 4 oefentoets

Oefentoets 4 HAVO
Hoofdstuk 1 Wateroverlast par. 1 t/m 4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Oefentoets 4 HAVO
Hoofdstuk 1 Wateroverlast par. 1 t/m 4

Slide 1 - Tekstslide

Wat is de vertragingstijd?
A
Bij meer water in de rivier stroomt het water langzamer
B
Bij zware regen doet de neerslag er langer over om de rivier te bereiken
C
Bij meer begroeiing doet de neerslag er langer over om de rivier te bereiken
D
De tijd die het regenwater nodig heeft om de rivier te bereiken

Slide 2 - Quizvraag

Twee beweringen:
1. Door verstening wordt de vertragingstijd langer
2. Door ontbossing wordt de vertragingstijd korter
A
Beide beweringen zijn juist
B
Beide beweringen zijn onjuist
C
Bewering 1 is juist, 2 onjuist
D
Bewering 1 is onjuist, 2 juist

Slide 3 - Quizvraag

Wat is het 'stroomgebied' van een rivier?
A
Het gebied waar de rivier door stroomt
B
De rivier met al haar vertakkingen
C
Het gebied dat afwatert op een rivier
D
Een stuwmeer waar m.b.v. waterkracht stroom wordt opgewekt

Slide 4 - Quizvraag

1: In de bovenloop vind veel erosie plaats.
2: De stroomsnelheid in de bovenloop is laag.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
Beide zijn juist.
D
Beide zijn onjuist.

Slide 5 - Quizvraag

Het verval in de bovenloop is .... en in de benedenloop ....
A
klein, groot
B
groot, gemiddeld,
C
klein, gemiddeld
D
groot, klein

Slide 6 - Quizvraag

Bereken het verhang met een hoogteverschil van 50 meter. De afstand tussen plaats A en plaats B is 200 kilometer. Bereken het verhang.

Slide 7 - Open vraag

Door klimaatverandering verandert het neerslagregiem. Wat betekent dit voor het regiem van de rivier?
A
Deze gaat meer schommelen.
B
In het voorjaar is er minder water in de rivier.
C
Deze wordt evenwichtiger.
D
In het najaar is er meer water in de rivier.

Slide 8 - Quizvraag

Het regiem van een rivier is....
A
de hoeveelheid water die per minuut een bepaald punt passeert.
B
de schommelingen in waterafvoer gedurende een jaar.
C
Het patroon van neerslag dat er valt in het stroomgebied van een rivier.
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.

Slide 9 - Quizvraag

Juist of onjuist: De uiterwaarden maken deel uit van het binnendijkse gebied.

Slide 10 - Open vraag

Na verstening/ontbossing zal de piekafvoer in de rivier.....
A
Later komen en groter zijn
B
Eerder komen en kleiner zijn
C
Later komen en kleiner zijn
D
Eerder komen en groter zijn

Slide 11 - Quizvraag

Wat was de directe aanleiding voor het project Ruimte voor de Rivier?

Slide 12 - Open vraag

In de Rijn zijn in het verleden kribben aangelegd. De afgelopen jaren zijn
deze kribben op veel plaatsen verlaagd.

Leg uit wat hier het doel van is geweest.

Slide 13 - Open vraag

Ik wil mijn tuin aanpassen om wateroverlast te verminderen. Wat is geen goed idee?
A
Een regenton gebruiken
B
Meer ruimte maken voor gras en planten
C
De schutting vervangen door een heg
D
Een terras aanleggen

Slide 14 - Quizvraag

''Een nieuwe woonwijk wordt gebouwd op een grote terp, omdat het overstromingsrisico de laatste jaren is gestegen''. Welk begrip past hier goed bij?
A
Integraal waterbeheer
B
Ruimtelijke adaptatie
C
IPCC
D
Deltaprogramma

Slide 15 - Quizvraag

Welke stap is geen onderdeel van de drietrapsstrategie?
A
Bergen
B
Vasthouden
C
Stuwen
D
Afvoeren

Slide 16 - Quizvraag

Juist of onjuist: Op de foto is ''kanalisatie'' zichtbaar.

Slide 17 - Open vraag

Aan de slag
Inmiddels hebben we genoeg klassikaal geoefend en mag je met de overgebleven tijd zelfstandig aan de slag.

Wat ga je doen?
- Lever je laptop in, leg deze aan de oplader.
- Ga naar blz. 40 in je boek en begin deze in te vullen.
- Tijd: tot het einde van dit lesuur. 

Slide 18 - Tekstslide