1BBL 4.1 Canada

• Engels
• Middelbare school
• vmbo lwoo, b
• Leerjaar 1

Welk land denk je hier te zien?

 

Pencilcase, laptop

Today:

• Introduction chapter 4

Lesson Goals

• Je kunt 3 feitjes over Canada opnoemen. 

• Je werk op een prettige manier samen. 

Unit 4 Canada

What do you know about
Canada

In 10 minutes: look up!

1: official languages of Canada

2: most important sports in Canada

3: Animals of Canada

4: flag of Canada

5: currency of Canada

6: Capital of Canada

7: Most famous tree, and what is it used for?

8 :most famous nationals parks, what can you see there?

Wie is de koning(in) van Canada?

1. Queen Bee
2. Queen Diana
3. King Charles
4. Queen Elizabeth

In Canada spreken ze naast Engels ook:

1. Spaans
2. Frans
3. Portugees
4. Nederlands

De hoofdstad van Canada =

1. Ottawa
2. Toronto
3. Niagara
4. Milaan

Wat zijn de 2 nationale sporten in Canada?

1. ijshockey + lacrosse
2. Voetbal + curling
3. Paardrijden + voetbal
4. lacrosse + rugby

00:53

The squirrels in Canda are bigger than in London

1. True
2. False

01:44

Squirrel

Chipmunk

Squirrel

Zwart witte strepen

Eet vooral nootjes en eikeltjes

Eet van alles

Zijn staart houdt hem warm

Chipmunk

02:10

A moose is as heavy as a.......

02:43

Welke beren komen er voor in Canada

1. Zwarte beren + grizzly beren + bever beren
2. Grizzly beren + bruine beren + zwarte beren
3. Grizzly beren + zwarte beren
4. Zwarte beren + Grizzly beren + Maleisische beren

03:34

Welk dier wordt er niet genoemd in het filmpje?

1. eland
2. wasbeer
3. eekhoorn
4. ijsbeer

The squirrels in Canda are bigger than in London

1. True
2. False

A moose is as heavy as a.......

Welke beren komen er voor in Canada

1. Zwarte beren + grizzly beren + bever beren
2. Grizzly beren + bruine beren + zwarte beren
3. Grizzly beren + zwarte beren
4. Zwarte beren + Grizzly beren + Maleisische beren

Assignment- Make a poster

You are going to look up additional information about Canada.

You are going to make a poster with the information you find.

- You may do this on paper or on the computer.

- Everything should be in English

-See the next slide for what your poster should include.

Your poster should include:

1. Minimaal 5 plaatjes, met uitleg erbij. 

2. Minimaal 3 korte zinnen met informatie.

3. Maak deze zinnen af op je poster:

 a. My favourite fact is:......

b. I learned that ...

c. I would like to visit...