In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
2.5 De Nederlandse bevolking
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Vragen par 2.4?
Uitleg par 2.5 De Nederlandse bevolking
Aan de slag met je digitale pakket
HW
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Je weet waar in Nederland de meeste mensen wonen en waar de bevolking groeit en afneemt
Je begrijpt hoe en waarom de leeftijdsopbouw in Nederland verandert
Je kunt kaarten en grafieken over de bevolking in Nederland lezen.
Slide 3 - Tekstslide
In de inleiding wordt gesproken over in Urk (of: op Urk ...). Wat is de reden om over op Urk te spreken?
Slide 4 - Open vraag
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Video
1900:
5 miljoen inwoners
Hoog sterftecijfer
Gemiddelde levensverwachting was 50 jaar.
Slide 7 - Tekstslide
Oorzaken toename bevolking
Betere hygiëne en riolering
Betere gezondheidszorg
Tot de jaren '60 groeide de bevolking enorm. Daarna kwamen er voorbehoedsmiddelen en werden er minder kinderen geboren, maar iets anders zorgt er ook voor dat de bevolking groeit....
Slide 8 - Tekstslide
Emigratie en immigratie
Ieder jaar groeit de NL'se bevolking nog door immigranten die in Nederland komen wonen, denk aan gastarbeiders, werkmigranten en vluchtelingen.
Slide 9 - Tekstslide
https:
Slide 10 - Link
Dichtbevolkt land
Nederland is één van de meest dichtbevolkte landen ter wereld. Toch is het niet overal hetzelfde:
Slide 11 - Tekstslide
Regionale verschillen
In het ene gebied wonen veel
meer mensen dan in het andere
gebied.
Dit noemen we regionale
verschillen.
Slide 12 - Tekstslide
Toekomst prognose?
Zal de Nederlandse bevolking de komende jaren blijven toenemen denken jullie?
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Toekomst prognose
Door vergrijzing gaat in de toekomst de bevolking krimpen in Nederland. Dit gaat gevolgen hebben voor veel gebieden, vooral in de gebieden aan de rand van Nederland
Slide 15 - Tekstslide
Hoeveel inwoners heeft Nederland momenteel?
A
15 miljoen
B
16 miljoen
C
17 miljoen
D
18 miljoen
Slide 16 - Quizvraag
Hoeveel inwoners had Nederland in 1900?
A
4 miljoen
B
5 miljoen
C
6 miljoen
D
7 miljoen
Slide 17 - Quizvraag
Wat was de levensverwachting in 1900 van een persoon in Nederland?
A
45 jaar
B
65 jaar
C
60 jaar
D
50 jaar
Slide 18 - Quizvraag
Wat zijn de oorzaken dat de levensverwachting in Nederland omhoog is gegaan?
A
betere hygiëne
B
betere scholing
C
betere gezondheidszorg
D
betere landschappen
Slide 19 - Quizvraag
Waardoor nam het geboortecijfer af in de jaren '60
A
minder mensen getrouwd
B
betere voorbehoedsmiddelen
C
minder voeding
D
meer ouderen
Slide 20 - Quizvraag
Waardoor neemt de Nederlandse bevolking nog steeds toe?
A
door immigranten
B
door emigranten
C
door heel veel baby's
D
door heel sterfenden
Slide 21 - Quizvraag
Waardoor zal de Nederlandse bevolking in de toekomst weer gaan afnemen?
A
veel jongere mensen gaan overlijden
B
minder vluchtelingen
C
veel vergrijzing
D
meer ziektes
Slide 22 - Quizvraag
Waar is de bevolkingsdichtheid in Nederland het grootst?
A
Op het platteland
B
In Friesland
C
De Randstad
D
In Limburg
Slide 23 - Quizvraag
A
NL 1950
B
NL 2021
C
NL 2070
Slide 24 - Quizvraag
A
NL 1950
B
NL 2021
C
NL 2070
Slide 25 - Quizvraag
Stelling: In de stad Groningen is de bevolkingsdichtheid groter dan op het platteland
A
Waar
B
Niet waar
Slide 26 - Quizvraag
Aan de slag!
Controleer nogmaals par 2.3 en 2.4: alles volledig en voldoende?