5.1 overhoring leerwerk

5.1 land vol verschillen
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

5.1 land vol verschillen

Slide 1 - Tekstslide

Welke indicatie geeft het spoornetwerk van India voor het type kolonie?
A
vestigingskolonie
B
exploitatiekolonie

Slide 2 - Quizvraag

Een kolonie waar voornamelijk grondstoffen vandaan gehaald werden/worden, noemen we een:
A
Vestigingskolonie
B
Exploitatiekolonie
C
Handelskolonie
D
Grondstoffenkolonie

Slide 3 - Quizvraag

Een vestigingskolonie is...
A
Een kolonie waarbij mensen echt in dat land gingen wonen
B
Een kolonie waarbij er alleen producten uit het land gehaald werden
C
Alle koloniën waren vestigingskoloniën
D
Een kolonie waar slaven vandaan gehaald werden

Slide 4 - Quizvraag

India en Australië waren exploitatiekoloniën?
A
beide
B
alleen Australie
C
alleen India
D
Beide waren vestigingskoloniën?

Slide 5 - Quizvraag

Het belangrijkste verschil tussen een exploitatiekolonie en vestigingskolonie is dat bij vestegingskolonie
A
de koloniën zelfstandig zijn.
B
de invloed van het moederland zich tot de kustzones beperkt
C
het moederland de kolonie bestuurt.
D
Mensen uit het moederland zich hier permanent heen verplaatsen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is het geboortecijfer?
A
Het aantal mensen dat geboren wordt.
B
Het aantal mensen dat geboren wordt per 1000 inwoners.
C
Het aantal mensen dat nog leeft na hun 1e levensjaar.
D
Het aantal mensen dat overlijdt.

Slide 7 - Quizvraag

Welke uitspraak past bij een exploitatiekolonie?
A
Uitbreiding van het woongebied van een moederland.
B
Levert grondstoffen aan het moederland.
C
Hierdoor kon europeanisering ontstaan.
D
De transport-mogelijkheden namen hierdoor toe.

Slide 8 - Quizvraag

Het geboortecijfer en het sterftecijfer zeggen iets over de ....
A
natuurlijke bevolkingsgroei
B
sociale bevolkingsgroei
C
vergrijzing
D
ontgroening

Slide 9 - Quizvraag

Slepen maar!
Rijk land
Arm land
Vestigingsoverschot
Vertrekoverschot
Laag geboortecijfer
Hoog geboortecijfer
Hoog vruchtbaarheidscijfer
Laag vruchtbaarheidscijfer

Slide 10 - Sleepvraag

Hoge groene druk
Hoge grijze druk
Armer land
Rijk land
Fase 3 Demografische transitie
Fase 5 Demografische transitie
In de toekomst een tekort aan arbeiders
In de toekomst een overschot aan arbeiders
Zeer laag geboortecijfer
Dalend geboortecijfer

Slide 11 - Sleepvraag

Het gemiddeld aantal kinderen dat een vrouw voortbrengt.
De verhouding tussen de productieven leeftijdsgoep en de niet productieve groep
Afname van het aandeel jongeren (0-19 jaar) in de totale bevolking
Het gemiddeld aantal tte verwachten levensjaren op een bepaalde leeftijd. 
Afname van de bevolking
Demografsiche krimp
vruchtbaarheidscijfer
Levensverwachting
Demografsiche druk
Ontgroening

Slide 12 - Sleepvraag

Wat is een lingua franca? En waarom heeft India een lingua franca nodig?

Slide 13 - Open vraag