9.2

9.2 Stikstofkringloop
Hoe beïnvloeden mensen de stikstofkringloop?




begrippen: stikstoffixatie/-binding, groenbemesting, eutrofiëring, hypoxie, zure regen, vermesting, cyanobacteriën, 
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

9.2 Stikstofkringloop
Hoe beïnvloeden mensen de stikstofkringloop?




begrippen: stikstoffixatie/-binding, groenbemesting, eutrofiëring, hypoxie, zure regen, vermesting, cyanobacteriën, 

Slide 1 - Tekstslide

Doel 9.2
☐ 4. Je beschrijft de stikstofbinding door bacterien
☐ 5. Je legt uit hoe menselijke activiteiten de N-kringloop beïnvloeden
☐ 6. Je legt de gevolgen van N-toename op het land en in het water uit en je beschrijft maatregelen om de N-toename te beperken. 


Slide 2 - Tekstslide

Nijntje en het nitraat

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Binas 93H

Slide 11 - Tekstslide

Binas 93G

Slide 12 - Tekstslide

Hoort het proces dissimilatie tot de C-kringloop, de N-kringloop of beide?
A
Bij de koolstofkringloop
B
Bij de stikstofkringloop
C
Bij beide kringlopen

Slide 13 - Quizvraag

Hoe werkt groenbemesting?

Slide 14 - Tekstslide

Knolletjesbacteriën
Rhizobium
anaerobe omstandigheden
enzym nitrogenase
N2 --> NH4+ --> aminozuren
plant geeft: koolhydraten
plant krijgt: NH4+ en aminozuren

bonen, soja, klaver

Slide 15 - Tekstslide

Groenbemesting: sommige landbouw bedrijven laten op een akker lupine groeien die ze daarna onderploegen (dus niet oogsten). Het volgende jaar kunnen ze een ander gewas telen zonder extra te bemesten, leg dit uit.

Slide 16 - Open vraag

Doel 9.2 
Huiswerk: Maak 15 t/m 23

☐ 4. Je beschrijft de stikstofbinding door bacterien
☐ 5. Je legt uit hoe menselijke activiteiten de N-kringloop beïnvloeden
☐ 6. Je legt de gevolgen van N-toename op het land en in het water uit en je beschrijft maatregelen om de N-toename te beperken. 


Slide 17 - Tekstslide

Doel 9.2
☐ 4. Je beschrijft de stikstofbinding door bacterien
☐ 5. Je legt uit hoe menselijke activiteiten de N-kringloop beïnvloeden
☐ 6. Je legt de gevolgen van N-toename op het land en in het water uit en je beschrijft maatregelen om de N-toename te beperken. 

Maar eerst: WAAROM?


Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Eutrofiëring

Slide 20 - Tekstslide

Algenbloei – geen zonlicht meer bij waterplanten – dode algen en dode planten zakken naar de bodem en worden afgebroken door reducenten (aeroob) – zuurstoftekort in het water. Hypoxie: zuurstofarme waterlagen

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Dit is nodig om te voorkomen dat er te veel voedingsstoffen in het water komen (eutrofiëring).
Ammonificerende en (de)nitrificerende bacteriën worden gebruikt in de rioolwaterzuivering. 

Slide 23 - Tekstslide

NOx
Stikstofoxide verbindingen komen vrij bij de verbranding van fossiele brandstoffen.

Reageren in de atmosfeer met water -> vormt HNO3 = zuur
-> zure regen.
Stikstofverbindingen in de lucht zorgen voor vermesting.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Vergrassing , afname van de biodiversiteit

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Video

1. Noteer in drie stappen hoe NO3- uit het rivierwater kan leiden tot sterfte van bodemdieren in de zee.

Slide 29 - Open vraag

2. Licht toe dat juist meren gevoelig zijn voor eutrofiëring.

Slide 30 - Open vraag

3. Hoeveel miljoen ton N komt er via natuurlijke N-fixatie jaarlijks in de stikstofkringloop op het land?

Slide 31 - Open vraag

10. a) Hoeveel miljoen ton stikstof komt per jaar in de stikstofkringloop vanuit de atmosfeer?
b) Hoeveel miljoen ton gaat van de kringloop naar de atmosfeer terug?

Slide 32 - Open vraag

11. Casus Stikstof verwijderen uit aquarium
In vrijwel elk aquarium is de hoeveelheid N een probleem. Hoge concentraties NH4 + uit de organische resten van planten, dieren en voer leiden tot sterfte van vissen en veel NO3 - leidt tot algengroei. Zeewateraquaria hebben heel O2-rijk water. In deze aquaria gebruiken liefhebbers poreuze stenen om het N-gehalte van het water laag te houden. Diep in de gaatjes van de steen leven bacteriën onder anaerobe omstandigheden
Licht toe dat de bacteriën het N-gehalte van het water omlaag brengen.

Slide 33 - Open vraag

Doel 9.2 klascode: ynjkn
☐ 4. Je beschrijft de stikstofbinding door bacterien
☐ 5. Je legt uit hoe menselijke activiteiten de N-kringloop beïnvloeden
☐ 6. Je legt de gevolgen van N-toename op het land en in het water uit en je beschrijft maatregelen om de N-toename te beperken. 

Nu casus fosforkringloop. ( vraag 31)
Daarna oefenen N- kringloop biologiepagina ( lessonup)
Huiswerk: Maak opgave 24 t/m 32  oefen met vragen


Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Video

Stelling:
de 'fosforkringloop' is geen kringloop
Geef een argument voor en een argument tegen.
timer
1:30

Slide 36 - Open vraag

Maak nu vraag 31 casus fosforkringloop 
Daarna Huiswerk : maak par 9.2 opgave 24 t/m 32

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Link

Doel 9.2
☐ 4. Je beschrijft de stikstofbinding door bacterien
☐ 5. Je legt uit hoe menselijke activiteiten de N-kringloop beïnvloeden
☐ 6. Je legt de gevolgen van N-toename op het land en in het water uit en je beschrijft maatregelen om de N-toename te beperken. 

Huiswerk: Maak opgave 24 t/m 32  oefen met vragen zie volgende slide


Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link