best. Artikel wiederholen Sing u Pl

1 / 33
volgende
Slide 1: Video
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Stier
Kätzchen
Schule
Beginn
Lehrerin
Kind

Slide 2 - Tekstslide

mannelijke persoons- of diernaam
vrouwelijke persoons- of diernaam
eindigt op -chen, -lein
eindigt op -e
dagen van de week, maanden, seizoenen, windrichtingen
eindigt op -heit -keit, -schaft, -ung
eindigt op -ur, -ei, -ik, -ion, -tät
het-woorden
stam van werkwoorden
Kater
Kritik
Samstag
Buskarte
Büchlein
Umgebung
Universität
Badewanne

Slide 3 - Sleepvraag

Kies het juiste lidwoord:
Hast du .... Mädchen gesehen?
A
der
B
die
C
das

Slide 4 - Quizvraag

Haben Sie .... Adresse für mich?
A
der
B
das
C
die

Slide 5 - Quizvraag

....Cousine heißt Heidi.
A
Die
B
der
C
das

Slide 6 - Quizvraag

..... Kuh wird gemolken.
A
der
B
das
C
die

Slide 7 - Quizvraag

Sebastian hat .... Prüfung nicht bestanden.
A
die
B
das
C
der

Slide 8 - Quizvraag

.... April war ein komischer (raar) Monat.
A
das
B
der
C
die

Slide 9 - Quizvraag

Wer ist .... neue Lehrerin?
A
das
B
die
C
der

Slide 10 - Quizvraag

....Baby ist 5 Monate alt.
A
der
B
die
C
das

Slide 11 - Quizvraag

....Tanz ist super.
A
das
B
der
C
die

Slide 12 - Quizvraag

.... Gorilla heißt Bokito.
A
die
B
der
C
das

Slide 13 - Quizvraag

.... Winter ist kurz.
A
das
B
die
C
der

Slide 14 - Quizvraag

..... Freundschaft zwischen Tina und Heino ist wichtig (belangrijk).
A
der
B
das
C
die

Slide 15 - Quizvraag

.... Reiseführer redet (praat) viel.
A
das
B
der
C
die

Slide 16 - Quizvraag

.... Füllung ist aus Schokolade.
A
die
B
das
C
der

Slide 17 - Quizvraag

Plural von: Freundin
A
Freundine
B
Freundinne
C
Freundinnen

Slide 18 - Quizvraag

Plural von: Lehrer
A
Lehrers
B
Lehrer
C
Lehraren

Slide 19 - Quizvraag

Plural von Leitung
A
Leitungen
B
Leitungs
C
Leitünge

Slide 20 - Quizvraag

Plural von: Schule
A
Schüle
B
Schulen
C
Schule

Slide 21 - Quizvraag

Plural con Stunde
A
Stünde
B
Stundes
C
Stunden

Slide 22 - Quizvraag

der Opa - die..... (Plural)
A
Opa
B
Opas
C
Opern

Slide 23 - Quizvraag

das Handy - die.... (Plural)
A
Handy
B
Handys
C
Händyen

Slide 24 - Quizvraag

das Taxi - die...(Plural)
A
Taxis
B
Taxin
C
Taxi

Slide 25 - Quizvraag

die Zeitung (de krant) - die...(Plural)
A
Zeitungs
B
Zeitungen
C
Zeitunger

Slide 26 - Quizvraag

die Oma - die... (Plural)
A
Omas
B
Omä
C
Omern

Slide 27 - Quizvraag

die Hausaufgabe - die ... (Plural)
A
Hausäufgäben
B
Hausaufgäbe
C
Hausaufgaben
D
Hausaufgabe

Slide 28 - Quizvraag

die Katze - die ... (Plural)
A
Katzen
B
Katzes
C
Kätzen

Slide 29 - Quizvraag

Welches Wort passt nicht in die Reihe.
Bär - Bock - Hund - Hahn - Kuh

Slide 30 - Open vraag

Adresse - Tasche - Schule - Lehrer - Pause

Slide 31 - Open vraag

Handy - Taxi - Heft - Stunde - Buch

Slide 32 - Open vraag

Autor - Bauer - Tänzerin - Tierarzt - Ober

Slide 33 - Open vraag