Unit 3: Week 2

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsISK

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Les 1

Lesdoelen

Je leert nieuwe woorden over kleding.
Je kent de tegenwoordige tijd.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1:
Wat weet je nog van vorige week? De tegenwoordige tijd...

Maak de oefeningen op het werkblad.






Slide 3 - Tekstslide

Het werkblad staat op de drive. Ook de antwoorden staan in een apart document.
Vandaag 25/2
Nakijken werkblad gisteren
Video kledingwinkel
Spel kleding

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1 vervolg:
Welke woorden in de zinnen zijn gelinkt aan kleding en shoppen voor kleding?

- Onderstreep de woorden
- Vertaal






Slide 5 - Tekstslide

De leerlingen onderstrepen op hun werkblad van de vorige oefening alle woorden die te maken hebben met de woordenschat vb. maat, beschikbaar, blauw etc. 
Daarna bekijk je samen de woorden en wat ze betekenen. Ze kunnen deze woorden eventueel toevoegen aan hun woordenlijst/notities.
Opdracht 3:
Bekijk de video.
Maak notities.
Beantwoord de vragen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3:
1.  Dag mevrouw, ....?
2. Wat zijn de 2 opvolgvragen? 
3. Welke maat heeft de vrouw?
4. Where are the fitting rooms? (in Dutch)
5. Waar of niet waar? De eerste trui is goed van maat.
6. Hoeveel kost de trui?





timer
2:00

Slide 7 - Tekstslide

Geef de lln 2 minuten om de vragen over te schrijven

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 3 vervolg:
Were the questions on the previous slide strand 1, 2 or 3 questions?

What could be examples of questions for the other strands?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Doe dit spel met de leerlingen in groepjes van 2. Het document staat op de drive.
Les 2

Lesdoelen

Je kan prijzen en kleuren zeggen in het Nederlands.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Speel zeeslag met de leerlingen. Het document staat op de drive.

1. Ze vullen hun eigen werkblad in met een aantal woorden van hun woordenschatlijst. 

2. Per 2 spelen ze het spel.

3. Het doel is om elkaars schepen te doen zinken door vb. 3 en geel te zeggen.

Slide 13 - Video

Bekijk de video en laat de kinderen de vragen op de vorige slide beantwoorden.
Opdracht 2:
How do you say these in Dutch?

1. How much does the coffee cost?
2. How much does the book cost?
3. How much does the croissant cost?

Slide 14 - Tekstslide

De leerlingen schrijven deze zinnen op in hun notities.

Luister naar de antwoorden in de video (volgende slide). Overloop met de leerlingen de prijzen. Sta vooral even stil bij de derde en de opties hiervoor:

1 euro 50 cent
1 euro 50
1, 50

Stop daar de video.

Slide 15 - Video

Gebruik deze video om het zeggen van prijzen te oefenen. Pauzeer de video na het zien van een item en een prijs. Laat een leerling de prijs zeggen of laat leerlingen in groepjes de vraag stellen en het antwoord geven aan elkaar.
Les 3

Lesdoelen

Je kan een gesprekje voeren in een kledingwinkel.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1:
🧥 "Ask if the jacket is available in a bigger size."
👖 "Say you're looking for a pair of jeans that is comfortable."
🎨 "Ask if the jumper is available in another colour."
🏷️ "Ask if there are any sales going on at the moment." (+++)
🛒 "Complain in a polite way about size of the T-shirt."
👗 "Say you're looking for a dress for a party."
📏 "Ask if someone can help you with the right size.''

Slide 17 - Tekstslide

Hoe zeg je...?
Opdracht 1:
🧥 "Vraag of de jas ook in een grotere maat beschikbaar is."
👖 "Zeg dat je een spijkerbroek zoekt die comfortabel zit."
🎨 "Vraag of de trui ook in een andere kleur beschikbaar is."
🏷️ "Vraag of er op dit moment een uitverkoop is."
🛒 "Klaag beleefd over de maat van het T-shirt."
👗 "Zeg dat je een jurk zoekt voor een feest."
📏 "Vraag of iemand je kan helpen de juiste maat te vinden.''

Slide 18 - Tekstslide

Hoe zeg je...?
Opdracht 2:
1. Je werkt per 2.
2. Je gebruikt een item zoals een balletje of gum.
3. Maak een gesprekje van min. 10x heen en weer gooien van het item (ping pong).
1 leerling is de verkoper/verkoopster, de andere leerling is de klant

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Extra oefeningen
- Kahoot! met woordenschat kleding
- Wordwall over kleuren
- Wordwall over cijfers

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Link

Deze slide heeft geen instructies