week 2 na de kerst

  • Je zit op je vaste plek volgens plattegrond!
timer
2:00
Voordat de docent begint met de les heb je op tafel
  • laptop (dicht) + werkboek + schrift + planagenda +
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

  • Je zit op je vaste plek volgens plattegrond!
timer
2:00
Voordat de docent begint met de les heb je op tafel
  • laptop (dicht) + werkboek + schrift + planagenda +

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wie is aanwezig?
Huiswerk niet af of geen spullen bij?  Geef dit aan als ik je naam roep!

Slide 3 - Tekstslide

Was machen wir heute?
- planagenda
- SO stof bespreken
- luisteropdrachten
- zelfstandig werken



Slide 4 - Tekstslide

Planagenda 2A:
SO Datum -> 22 januari 2024 

Stof: zie magister





timer
2:00

Slide 5 - Tekstslide

Planagenda 2B:
SO Datum -> 18 januari 2024

stof: zie magister





timer
2:00

Slide 6 - Tekstslide

So stof: 

- blz. 49 woorden (DU --> NL) blz. 49  Lektion  1  en 2
- blz. 49 onder woorden (NL--> DU) Lektion 3
- blz. 50 zinnen boven Lektion 3 (NL--> DU) 
- blz.12 Grammatica "bezittelijk voornaamwoord" (+ aantekening schrift)
- blz. 20 Grammatica "möchten" (+ aantekening schrift) 

Slide 7 - Tekstslide

Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 8 - Tekstslide

Het werkwoord "Möchten"

  • ich möchte
  • du möchtest
  • er/sie/es möchte
  • wir möchten
  • ihr möchtet
  • sie möchten
  • Sie möchten

Slide 9 - Tekstslide

ich
ik
du
jij
er
hij
sie
zij (ev)
wir
wij
ihr
jullie
sie
zij (mv)
Sie
U
mein(e)
mijn
dein(e)
jouw
sein(e)
zijn
ihr(e)
haar
unser(e)
ons/onze
eu(e)r(e)
jullie
ihr(e)
hun
Ihr(e)
Uw
Persoonlijke voornaamwoorden
Bezittelijke voornaamwoorden

Slide 10 - Tekstslide

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das Kind
die Autos
ein Mann
eine Frau
ein Kind
keine Autos
mein Mann
meine Frau
mein Kind
meine Autos
Het geslacht van de zelfstandige naamwoorden
Het lidwoord ein- en het woord kein- krijgen bij vrouwelijke woorden en in het meervoud een -e.  Dat geldt ook voor de bezittelijke  voornaamwoorden.

Slide 11 - Tekstslide

mannelijk
vrouwelijk
onzijdig
meervoud
der Mann
die Frau
das  Kind
die Autos
mein Mann
deine Frau
dein Kind
deine Autos
Voorbeelden:
- Mein___________ Bruder (m) hat Zahnschmerzen.
- Unser__________  Eltern (mv) sind sehr lieb.
- Euer____________ Lehrerin (v) hat Hunger.
- Ihr______________ Baby (o) schläft.

Slide 12 - Tekstslide

Zelfstandig en stil werken:
online leren Test jezelf en woordtrainer: 
Kapitel 4.1
Kapitel 4.2
Kapitel 4.3
timer
20:00
Klaar?
  • woordjes leren blz. 49
  • Blz. 50 boven zinnen 
Tekst

Slide 13 - Tekstslide

Tschüss

Slide 14 - Tekstslide