Welke 3 tegenstellingen herken je in deze tekst?
Vanochtend bij het ontbijt wilde ik een
vers brood eten en een glas water drinken. Gisteren tapte ik
helder water uit de kraan, maar vandaag was het erg
troebelig. Ook mijn boterham smaakte naar
oud brood.
Na het ontbijt besluit ik om een boek te gaan lezen, maar ik twijfel nog of het ik het boek
binnen of buiten zal gaan lezen.