- weet je hoe het Nederlands is ontstaan en wat taalfamilies zijn.
timer
10:00
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1
In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Lesplanning
* 10 min. lezen in je leesboek
Lesdoel
Aan het einde
van de les:
- weet je hoe het Nederlands is ontstaan en wat taalfamilies zijn.
timer
10:00
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Opdracht 1
Deze opdracht doe je samen met je buurvrouw of -man. Dus in een tweetal.
1. Spreek zachtjes de zinnen a t/m c uit en bespreek samen wat deze zouden kunnen betekenen. Wat jij denkt dat het betekent, schrijf je op in je schrift.
timer
5:00
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Opdracht 2
Jullie maken in tweetallen opdracht 2. Je overlegt zachtjes met elkaar.
Hebban olla vogala nestas hagunnan, hinase hic enda thu, wat unbidan we nu?
(Vertaald als: Alle vogels zijn nesten begonnen, behalve ik en jij, waar wachten we nog op?)
Slide 6 - Tekstslide
Het Oudnederlands is de oudste fase van de Nederlandse taal en werd gesproken van ongeveer 500 tot 1200. Deze periode viel samen met de vroege middeleeuwen, een tijd van tribale samenlevingen en beperkte schriftelijke bronnen. De beste teksten zijn vaak een beetje onsamenhangend en hebben vaak iets religieus.
Een bekend voorbeeld is de “Hebban olla vogala” zin, vaak beschouwd als een van de oudste Nederlandse zinnen:
Hebban olla vogala nestas hagunnan, hinase hic enda thu, wat unbidan we nu?
(Vertaald als: Alle vogels zijn nesten begonnen, behalve ik en jij, waar wachten we nog op?)
Middelnederlands (1200 - 1500)
de taal werd in die tijd veelzijdiger
steden ontstonden en de handel begon te bloeien -> meer schriftelijke communicatie.
Nog geen standaardspelling
dialecten verschilden sterk per regio.
Belangrijke boeken uit deze tijd zijn bijvoorbeeld “Van den vos Reynaerde” en “Beatrijs”.
Slide 7 - Tekstslide
Het Oudnederlands is de oudste fase van de Nederlandse taal en werd gesproken van ongeveer 500 tot 1200. Deze periode viel samen met de vroege middeleeuwen, een tijd van tribale samenlevingen en beperkte schriftelijke bronnen. De beste teksten zijn vaak een beetje onsamenhangend en hebben vaak iets religieus.
Een bekend voorbeeld is de “Hebban olla vogala” zin, vaak beschouwd als een van de oudste Nederlandse zinnen:
Hebban olla vogala nestas hagunnan, hinase hic enda thu, wat unbidan we nu?
(Vertaald als: Alle vogels zijn nesten begonnen, behalve ik en jij, waar wachten we nog op?)
Nieuwnederlands (1500 - nu)
Nieuwnederlands (1500 – nu)
beïnvloed door de uitvinding van de boekdrukkunst en de Tachtigjarige Oorlog tegen Spanje -> eerste pogingen om het Nederlands te standaardiseren.
de Statenbijbel, vertaald in 1637, speelde een cruciale rol in het uniformeren van de taal -> één van de eerste grote publicaties in het Nederlands en had een enorme invloed op zowel de taal als de cultuur.
soms rekenen de taalkundigen deze periode tot 1700 -> periode 1700 - nu = Modern Nederlands
Slide 8 - Tekstslide
Het Oudnederlands is de oudste fase van de Nederlandse taal en werd gesproken van ongeveer 500 tot 1200. Deze periode viel samen met de vroege middeleeuwen, een tijd van tribale samenlevingen en beperkte schriftelijke bronnen. De beste teksten zijn vaak een beetje onsamenhangend en hebben vaak iets religieus.
Een bekend voorbeeld is de “Hebban olla vogala” zin, vaak beschouwd als een van de oudste Nederlandse zinnen:
Hebban olla vogala nestas hagunnan, hinase hic enda thu, wat unbidan we nu?
(Vertaald als: Alle vogels zijn nesten begonnen, behalve ik en jij, waar wachten we nog op?)
Taalverandering
Je kan geen harde grens trekken tussen de verschillende periodes.
Taalverandering gaat langzaam (in een mensenleven merk je er waarschijnlijk niets van).
Nieuwe woorden gaan snel, spelling/grammatica langzaam.
Slide 9 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Aan de slag!
Wat? Maken opdracht 4 t/m 8 van paragraaf A van Thema 3.
Hoe? Oefenboek, handboek en antwoorden in schrift.