Klas 3 kleur vorm compo

LEES HOOFDSTUK 2
blz 19 t/m blz 23
(Herhaling TTW A)

DE LESSTOF VOOR TTWB is
Hoofdstuk 2 en Hoofdstuk 5
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

LEES HOOFDSTUK 2
blz 19 t/m blz 23
(Herhaling TTW A)

DE LESSTOF VOOR TTWB is
Hoofdstuk 2 en Hoofdstuk 5

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Aspecten van de VOORSTELLING
Beschrijven wat er te zien is:                            

  • Wat is het? (2D / 3D)
  • Is het werk figuratief of abstract ?
  • Wat is de voorstelling, wat is er letterlijk te zien?
  • Wat is het onderwerp / thema?
                                                                       

Slide 3 - Tekstslide

DE VORMGEVINGSASPECTEN
(ook wel beeldaspecten of beeldende middelen genoemd)
1. vorm
2. kleur
3. compositie
4. ruimte
5. licht

Slide 4 - Tekstslide

Vormgeving betekent:
A
nadenken over hoe je iets een 3D vorm geeft
B
iets moois maken
C
iets vorm, betekenis en inhoud geven
D
iets met kunst

Slide 5 - Quizvraag


Wat is het effect van het licht op deze afbeelding?
A
De aandacht gaat nu vooral naar de boxer.
B
Er ontstaat een repoussoir, dus wordt het extra ruimtelijk.
C
Door het contrast wordt het erg dramatisch.
D
Doordat de boxer onherkenbaar is, wordt het spannender.

Slide 6 - Quizvraag

Kijk de volgende twee dia's over 
POP-ART.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Bekijk de filmpjes. Zoek een plaatje op van een afbeelding van
Roy Lichtenstein, die past bij je werkstuk "explosion" (praktijkopdracht) van de vorige periode.
Lever je foto of plaatje in bij:
Teams > Algemeen > Opdrachten

Slide 10 - Open vraag

Waarop is pop-art geïnspireerd?
A
Op stripboeken en vliegtuigen.
B
Op Marilyn Monroe.
C
Op conserven en blikken soep van Cambell.
D
Op de allerdaagse werkelijkheid.

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Video

KLEURENCIRKEL
1. Primaire kleuren
geel, blauw, geel
2. Secundaire kleuren
oranje, groen, paars
3. Tertiare kleuren
geeloranje, roodoranje, roodviolet enz.
1
2
3
KLEUR

Slide 13 - Tekstslide

Kijk naar de pijltjes
Complementaire kleuren
De kleuren recht tegenover elkaar op de kleurencirkel

Geel - paars
Groen - rood
Blauw - oranje

Slide 14 - Tekstslide

Welke kleuren zie je hier vooral en wat voor kleuren zijn dit?

A
ROOD en GEEL. Dit zijn secundaire kleuren.
B
ROOD en GEEL. Dit zijn primaire kleuren.
C
ROOD en ZWART. Dit zijn tertiaire kleuren.
D
ROOD en ROZE. Dit zijn tertiaire kleuren.

Slide 15 - Quizvraag

Figuratief
Geabstraheerd
Abstract
VORM

Slide 16 - Tekstslide


Deze zeefdruk is figuratief. Welk deel van de voorstelling is nog het meest abstract? 
1
2
3
A
Afb. 1
B
Afb.2
C
Afb. 3

Slide 17 - Quizvraag

COMPOSITIE

Slide 18 - Tekstslide

DYNAMISCHE compositie d.m.v.:

Beweging in een compositie verkrijg je door:

1. Diagonale richtingen
2. Herhalingen
3. Bewegingslijnen
(moment-opnames na elkaar).
4. Asymmetrie
5. motiek en de hantering van het gereedschap en materiaal. (Voorbeeld: zie volgende slide)

Slide 19 - Tekstslide

techniek of hantering van het gereedschap en materiaal.

Slide 20 - Tekstslide


Hoe heeft Lichtenstein de actie POW! verbeeld? 
A
Hij heeft de letters 'POW' geschreven en het gezicht van de man is afgesneden.
B
Dit komt door de vuist en de kleuren die Lichtenstein gebruikt heeft.
C
Hij heeft bewegingslijnen en een stervorm gemaakt, (daar waar de vuist het gezicht raakt).
D
Door de verticale richting in de compositie.

Slide 21 - Quizvraag

HET EFFECT VAN AFSNIJDING in een compositie

Slide 22 - Tekstslide


Wat is het effect van de afsnijding in deze plaatjes?
A
Het legt op deze manier de nadruk op de acties.
B
Links wordt het plaatje afgesneden en een close-up; je wordt zo meer betrokken bij de figuurtjes.
C
Het wordt door de afsnijding dramatischer.
D
Er is nu sprake van ruimtesuggestie.

Slide 23 - Quizvraag


COMPOSITIE:
Links is een schets.
Wat is er (behalve kleur) "verbeterd" in het rechterplaatje?
A
Door afsnijding wordt je meer betrokken bij het plaatje en er is meer schaduw gebruikt.
B
De ene is een schets en de ander is een zeefdruk.
C
De ogen zijn kleiner en ze heeft stipjes op haar gezicht.
D
Ze heeft een mannelijker gezicht door de hoekigere kaaklijn.

Slide 24 - Quizvraag


Je ziet hier zwart tegen een egaal witte achtergrond. Wat is het effect daarvan? (Denk ook aan de voorstelling, waar gaat het over?)

A
Het is een beetje saai.
B
Het legt de nadruk op de actie.
C
Je herkent de mensen niet.
D
Het wordt extra dramatisch

Slide 25 - Quizvraag

- Teken op twee A4tjes 
4 tekeningen met de aangegeven voorstelling.

- Pas hierbij de volgende vormgevingsaspecten toe:
(zie hiernaast).

- Gebruik kleur. (Extra punten).


PLAATJE 1: 
- Twee dynamische figuren die 'bij ekaar horen'.

PLAATJE 2:
- Twee portretten. De afbeelding is aan 1 kant afgesneden.

PLAATJE 3:
- Onderwerp vrije keuze, maar plaats je beeldelementen* in een driehoekscompositie.

PLAATJE 4:
- Teken twee portretten naast elkaar. Eentje is figuratief en eentje is geabstaheerd. 
*beeldelementen zijn de (onderwerpen), voorwerpen of vormen die je tekent in je tekening.

Slide 26 - Tekstslide

Maak een scherpe foto waar je 4 tekeningen samen op staan. 

Lever je foto in bij:
Teams > Algemeen > Opdrachten

Deadline:
Vrijdag 27 maart 12:00
Heel veel succes. En tot volgende week!

Mevrouw Hermans
Mevrouw Kooiman
Meneer Phelipa

Slide 27 - Tekstslide