En nu: uitspraakregels toepassen
Pak jouw tekst erbij en kijk naar de uitspraakregels.
Noteer bij de woorden, hoe je deze uitspreekt
Voorbeeld:Ich heiße ( haisse) Karin, ich bin dreizehn (draitseen) Jahre ( jaare) alt
und ( oent) wohne in Joure.
Doe dit bij alle zinnen.