Rechten en plichten cursus 3.3

Grondwet
Hierin staan de belangrijkste rechten en plichten van burgers.
ook staat hierin hoe het land bestuurd wordt.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Grondwet
Hierin staan de belangrijkste rechten en plichten van burgers.
ook staat hierin hoe het land bestuurd wordt.

Slide 1 - Tekstslide

Rechtsstaat
Iedereen in Nederland moet zich aan de wet houden.
De grondwet geldt niet alleen voor burger, maar ook voor de overheid. 
Als burgers het niet met elkaar eens zijn of met de overheid kan kunnen ze aan de rechter vragen wie gelijk heeft.

Slide 2 - Tekstslide

Grondwet van 1798
De eerste grondwet in Nederland werd gemaakt na de Bataafse Revolutie.
Tijdens de Bataafse Revolutie kwamen de patriotten (mensen die opkomen voor hun land) aan de macht. Stadhouder Willem V moest vluchten.

Slide 3 - Tekstslide

Grondrechten
Dit zijn de rechten die in de grondwet staan.
b.v. Artikel 1
Allen die zich in Nederland bevinden worden in gelijk gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.

Slide 4 - Tekstslide

andere grondrechten

vrijheid van godsdienst
vrijheid van drukpers
vrijheid van meningsuiting
vrijheid van onderwijs

Slide 5 - Tekstslide

Grondwet van 1814
in 1814 werd Napoleon verslagen
de zoon van stadhouder Willem V werd koning Willem I
Willem I had veel macht

Slide 6 - Tekstslide

Regeringsleider
Koning Willem I was regeringsleider = hoofd van de regering


Slide 7 - Tekstslide

ministers
Willem I was hoofd van alle ministers
een minister is lid van de regering en bestuurder van een land
nu b.v. minister van onderwijs, minister van defensie

Slide 8 - Tekstslide

parlement
volksvertegenwoordiging
Wie namens het volk (de gewone mensen)
mochten mee denken/ mee beslissen
Willem I koos de mensen die precies deden wat hij wilde

Slide 9 - Tekstslide

Koninkrijk
Nederland werd een koninkrijk 
een land waarover een koning regeert

Slide 10 - Tekstslide

Democratische Revoluties
Veel burgers vonden dat de koning te veel macht had. In 1848 braken overal in europa democratische revoluties uit.
Democratische revolutie = verandering waarbij het volk de macht krijgt

Slide 11 - Tekstslide

Nieuwe grondwet 1848
Nederlandse koning ook bang voor een opstand.
Hij besluit dat de inwoners van Nederland voortaan mogen kiezen wie in het parlement kwam.
Dit kwam in de nieuwe grondwet te staan.

Slide 12 - Tekstslide

Parlementaire democratie
Het volk heeft de macht via een gekozen parlement (volksvertegenwoordiging)

Slide 13 - Tekstslide

nieuw in de grondwet 1848

parlementaire democratie = gekozen parlement. Volk de baas
de koning niet meer de leiding over de regering
de minister-president de leiding over de regering
koning is wel staatshoofd maar veel minder macht

Slide 14 - Tekstslide

nieuw in de grondwet in 1983
In de grondwet komt te staan dat de overheid voor burgers moest zorgen.
De nieuwe grondrecht verplichtten de overheid om voor de burgers moesten zorgen (sociale grondrechten)

Slide 15 - Tekstslide

Prinsjesdag
derde dinsdag in september. De Koning leest in de Ridderzaal in Den Haag de troonrede voor. Daarin staan de belangrijkste plannen van de regering.
De minister van Financiën presenteert de miljoenennota. 

Slide 16 - Tekstslide

begrippen bij Prinsjesdag

Troonrede = de belangrijkste plannen van de regering, voorgelezen door de koning.
Rijksbegroting= een overzicht van te verwachte inkomsten uitgaven voor het komend jaar.
Miljoenennota = de toelichting, uitleg van de rijksbegroting

Slide 17 - Tekstslide